die in de bijhoudingsdienst is opgegaan, praktisch uitgespeeld. Kon
de bijhoudingsdienst aanvankelijk in de eerste na-oorlogse jaren het
werk wel aan, al dra bleek dat het aantal nog niet afgedane posten
regelmatig steeg en nu is opgelopen tot een ongekende hoogte. Als
oorzaken hiervan kunnen o.a. genoemd worden een sterke toename
van het werk, het afvloeien van een groot deel van het personeel
naar andere niet-kadastrale diensten, het niet tijdig aantrekken en
opleiden van nieuw personeel. Zo groot is de werkvoorraad van ga-
en gb-posten geworden, dat van bepaalde zijde bijzondere maat
regelen genomen zijn, die bijna uitsluitend ten doel hebben de
openstaande ga-posten weg te werken.
Bij de hieronder voorgestelde maatregelen, die kunnen dienen om
aan de bestaande onbevredigende toestand zo spoedig mogelijk
een eind te maken, is er van uit gegaan, dat zowel bij de bijhoudings
dienst als bij de vernieuwingsdienst het werk regelmatig voortgang
vindt. Daartoe ware te overwegen bij ieder bureau van de landmeet
kundige dienst een bij houdingssector en een vernieuwingssector te
creëren. De bij houdingssector krijgt tot taak het behandelen van de
9a- en gb-posten, P.W's, enz., terwijl het vervaardigen van nieuwe
kaarten tot het werk van de vernieuwingssector behoort. Beide
soorten werkzaamheden dienen goed op elkaar afgestemd te worden.
Zeer in het bijzonder geldt dit voor die gebieden, waar veel metingen
in de zeer nabije toekomst zullen moeten worden verricht en waar
no§ geen nieuwe kaarten voorhanden zijn. Hierbij is vooral gedacht
aan de terreinen bestemd voor uitbreidingen van kleine steden en
dorpen, industrievestigingen, saneringsgebieden, enz. De bijhou-
dingsmetingen in deze gebieden zullen zodanig uitgevoerd moeten
worden, dat de metingen tevens dienst kunnen doen voor het ver
vaardigen van de nieuwe kaarten. Daartoe dient de vernieuwings
sector deze gebieden tijdig te voorzien van een meetkundige
grondslag, die wordt aangesloten aan het systeem van de Rijks
driehoeksmeting. De bijhoudingsmetingen moeten door de bij-
houdingssector aan de meetkundige grondslag worden verbonden
en op nieuw aan te leggen kaarten worden toegepast. Honderden
van deze gebieden liggen op een dergelijke behandeling te wachten.
Het verdient aanbeveling deze gebieden op de bovenomschreven
manier te behandelen, waardoor bereikt wordt, dat geen toepassing
op de oude kaarten behoeft plaats te vinden, geen extra metingen
voor de vernieuwing nodig zijn en nieuwe kaarten tot stand komen.
De terreinen bestemd voor de uitbreidingen van de grotere en
grootste steden, zullen door de vernieuwingssector vóór dat tot
realisering van de plannen wordt overgegaan van nieuwe kaarten
moeten worden voorzien. Het voordeel hiervan is, dat de bij-
houdingssector bij het toepassen van de bijhoudingsmetingen
geheel los van de hermetingssector kan werken. Vervolgens is het
nodig enkele zeer grote gebieden (hierbij is vooral gedacht aan
gebieden zoals de I J-mond en het Delta-gebied) op korte termijn
van nieuwe kadastrale kaarten te voorzien. In deze gebieden zijn
224