niet had voorzien. Het gevolg was de nu nog geldende ruilver-
kavelingswet 1954-
Bovendien kwam, teneinde het door de overstroming zo zwaar ge
teisterde Walcheren zo doelmatig mogelijk te herstellen, in 1947
de Herverkavelingswet Walcheren in werking, die in 1953 ook op
de Zeeuwse rampgebieden van toepassing werd verklaard.
Voor het Kadaster heeft de boven omschreven gang van zaken wel
zeer belangrijke gevolgen gehad. Het is de grote verdienste van de
voormalige ingenieur-verificateur J. J. Gorter geweest, een
apparaat op te bouwen, dat de bliksemcarrière kon bijhouden van
kleine verkaveling tot streekontwikkelingsplan met in uitvoering
zijnde oppervlakten van 30-000 ha in 1946 tot rond 200.000 ha
in 1958.
In 1934, toen onze vereniging 50 jaren bestond had Gorter tot
zijn beschikking 6 landmeters en 5 tekenaars. In het artikel, dat hij
bij die gelegenheid in dit Tijdschrift schreef, voorspelde hij reeds
de noodzakelijkheid van een afzonderlijke Ruilverkavelings-
dienst.
Een ieder weet, met welke onverflauwde energie Gorter heeft ge
werkt om van deze dienst, die op 1 april 1942 werd ingesteld, te
maken, wat het nu is: een apparaat bestaande uit elf bureaus met
rond 220 man personeel.
Op 1 mei 1957 ging Gorter met pensioen en moest hij zijn levens
werk overdragen aan Ir. J. F. Ilsen, die met veel ambitie de zware
arbeid van zijn grote voorganger voortzet.
Alvorens nu dieper in te gaan op de problemen, waarvoor de
ruilverkavelingsdienst zich gesteld ziet, heeft het zin, in het kort
te schetsen, wat de moderne ruilverkaveling inhoudt.
De vroeger reeds bestaande verbeteringen betreffende verkave
ling, ontwatering en ontsluiting zijn uitgebreid met verschillende
andere mogelijkheden.
De sanering bijvoorbeeld. Om enigszins aan het euvel van de te
kleine bedrijven tegemoet te komen worden gronden opgekocht en
weer doorverkocht aan boeren, die een bedrijf hebben dat als niet
levensvatbaar wordt beschouwd.
Boerderij bouw, eventueel gepaard gaande met krotopruiming, ge
schiedt in steeds ruimere mate. Het aanleggen van waterleiding en
elektriciteit is vrijwel regel geworden. De ruilverkavelingswet 1954
heeft daarnaast de mogelijkheid geopend om pachtruil toe te passen
teneinde meer aandacht aan een goede gebruikstoestand te kunnen
wijden. Ook de toewijzing van kavels aan openbare lichamen is
geregeld, waarmee in een grote behoefte werd voorzien.
De modernste methoden die uit de cultuurtechniek voortkomen
worden gebruikt om met de integrale ruilverkaveling het grootst
mogelijke effect te kunnen bereiken. De voortschrijdende mecha
nisatie van het boerenbedrijf is oorzaak, dat aan de breedte en
verharding van landbouwwegen steeds hogere eisen worden gesteld.
De vraagstukken op waterbouwkundig gebied worden groter. In de
227