288 moderne inzichten in de problemen der geodesie wordt wel als be zwaar ingebracht, dat zij veel te veel rekenwerk met zich mee zouden brengen. Dit bezwaar boet hoe langer hoe meer aan beteke nis in door de ontwikkeling der rekenautomaten. Deze ontwikkeling is nl. de oorzaak van het feit, dat steeds minder tijd en ook minder geld nodig is voor het uitvoeren van grote berekeningen. Het Nederlandse hoofddriehoeksnet is nooit in één geheel ver effend. Men verdeelde het in drieën. Het eerste deel is als een zelf standig net vereffend en niet meer gewijzigd bij de vereffening van de overige twee delen. Natuurlijk was dat geen ideale oplossing. Dat heeft men hoogstwaarschijnlijk ook wel geweten, maar men zag eenvoudig geen kans om het net binnen een redelijke tijd als één geheel te vereffenen. Ook deze minder ideale oplossing vereiste trouwens al diverse maanden. Tegenwoordig zou de vereffening in één geheel wel mogelijk zijn en dat in een veel kortere tijd: Enkele dagen of hoogstens enkele weken. Bovendien bestaat nu ook, in tegenstelling tot vroeger, de mogelijkheid om een volledig onderzoek naar de nauwkeurigheid van het net in te stellen. Dit is slechts een voorbeeld van de nieuwe perspectieven die ge opend worden door de gelijktijdige ontwikkeling van geodesie en rekentechniek. Het zou erg weinig moeite kosten dit voorbeeld met vele andere aan te vullen. Speciaal het moderne streven tot ver effening van internationale driehoeks- en andere netten is alleen maar reëel doordat de vereiste rekenhulpmiddelen thans ter be schikking komen. Overigens moeten we niet menen, dat de mogelijkheden op het rekengebied door de moderne rekenmachines onbegrensd zijn ge worden. Niet alleen zijn de financiële moeilijkheden vaak zeer groot, ook de capaciteit der machine is nog wel eens een probleem. Sommige onderzoekingen brengen zo'n enorme stortvloed van getal len met zich mee, dat het geheugen van de beschikbare reken automaat te klein is om alle getallen in één keer te verwerken. Het gevolg is, dat het probleem in een aantal stukjes moet worden geknipt, en dat is dan vaak weer een bron van organisatorische moeilijkheden en fouten. Uit het voorgaande zou men licht de conclusie kunnen trekken, dat de rekenautomaten alleen maar van belang zijn voor de uit voering van grote en ingewikkelde berekeningen, die dan vooral bij bepaalde theoretische onderzoekingen nodig zijn. Deze conclusie is onjuist. Ook voor kleinere berekeningen kan het grote voordelen hebben dat een rekenautomaat wordt ingeschakeld. Dit kan alleen maar duidelijk worden gemaakt door iets nader in te gaan op de wijze waarop een berekening door een rekenautomaat wordt uitgevoerd. Elke rekenautomaat bestaat in hoofdzaak uit vijf organen t.w. de invoer, de uitvoer, het rekenorgaan, het geheugen en de bestu ring. In- en uitvoer maken het contact van de buitenwereld met de

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1959 | | pagina 86