van de formules van Stokes, uit gereduceerde zwaartekrachts
metingen afgeleid.
Met nadruk zij vastgesteld dat we hier voorbijgaan aan de nog
steeds omstreden kwestie van interpretatie van de berekeningen
volgens Stokes. Wel kunnen we zeggen dat bij de huidige stand
van zaken de nauwkeurigheid van de aldus verkregen waarnemingen
voor v]) vrij laag is. Hierdoor zou de hogere nauwkeurigheid
waarmee we in staat zijn om richtingen te meten en lengte-, breedte-
en azimutbepalingen uit te voeren voor een belangrijk deel ver
knoeid kunnen worden.
Het blijkt nu dat we bij de reductie van gemeten richtingen tot
ellipsoïdische grootheden kunnen volstaan met benaderde waarden,
die dan als niet stochastisch opgevat worden. Wat weer betekent
dat de nauwkeurigheid van onze ellipsoïdische richtingen r* vrijwel
gelijk is aan die van de gemeten richtingen.
Dit laatste is van groot belang daar, zoals we later zullen zien,
het uiteindelijke vereffeningsprobleem in twee fasen opgezet kan
worden, waarbij de eerste fase praktisch niet beïnvloed wordt door
de onbetrouwbaarheid van de uitkomsten uit Stokes. Onze ellip
soïdische richtingen r* kunnen in ieder geval in deze eerste fase
worden opgenomen.
Om het principe en de moeilijkheden van vereffening duidelijk
te laten uitkomen zullen we eerst een driehoeksketting in een plat vlak
beschouwen. We vatten dus de ellipsoïde voorlopig als een niet-
gebogen oppervlak op.
Als onafhankelijk veranderlijke grootheden kiezen we:
X„ Yi
A a'
en twee hoeken per driehoek.
Dit is dezelfde opzet als bij de ellipsoïde.
In onze vereffening worden deze onafhankelijk veranderlijke
grootheden als onbekenden ingevoerd. Iedere andere grootheid,
die dus afhankelijk veranderlijk is, kan in de onbekenden worden
uitgedrukt.
Hebben we voldoende waarnemingen van bovenstaande groot
heden tot onze beschikking, dan krijgen we in principe een ver-
effeningsopzet volgens het zogenaamde tweede standaardvraagstuk.
We zullen een en ander nader toelichten.
Ter vereenvoudiging worden voortaan hoeken (richtingen),
basissen, azimuts en coördinaten T-grootheden genoemd. Waar
nemingen van deze grootheden schrijven we als r*s*, A 9* en X*
(zie ook de inleiding) en dus meer symbolisch als F*.
Iedere F-grootheid kan in de onafhankelijk veranderlijken worden
uitgedrukt. Of in formulevorm:
T f (Xi, Yi, Au', sa', 2 hoeken per driehoek) (1)
io7
sa'