van het nieuwe ruilverkavelingsbureau te Breda en op i augustus
1946 werd hij in de zelfde functie benoemd te Arnhem, waar hij
tot 1 november 1958 werkzaam was. Bij Koninklijk Besluit van
2 oktober 1958, no. 19 volgde zijn benoeming tot ingenieur-verifica
teur van het kadaster ter standplaats Amsterdam met ingang van
1 november 1958.
Slechts korte tijd heeft Krombeen in deze functie mogen werken.
In november 1959 werd hij voor behandeling opgenomen in het
ziekenhuis en toch nog onverwacht voor velen is hij van ons heen
gegaan op 24 februari i960. Diep is de wonde die bij velen werd
toegebracht door dit onherstelbare verlies.
Nog herinner ik mij duidelijk zijn geestdrift bij zijn werk aan
de eerste ruilverkaveling waarmede hij werd belast: de Gooische
Zomerkade. Zijn snelle en brede kijk op de problemen, een karak
teristieke eigenschap van hem, trof allen. Toch ging hij niet over
één nacht ijs. Zijn conscientieuse, eerlijke en nauwgezette aard
bracht mede, dat hij steeds weibeslagen ten ijs kwam en zijn stand
punt op kundige en aangename wijze wist te verdedigen.
En dit enthousiasme voor het ruilverkavelingswerk bleef ook
bij de volgende ruilverkavelingen waaraan hij zijn krachten gaf,
zoals Nuth, Huizenbeemd, Het Laag Hemaal en Lith, Vier Bannen
van Duiveland en bij de zeer vele blokken waarbij hij als hoofd
van het bureau en als plaatsvervangend-landmeter-deskundige
betrokken werd.
Als hoofd van het bureau gaf hij op bekwame wijze leiding.
Men zou nooit tevergeefs om raad en hulp bij hem aankloppen.
Behulpzaamheid was één van de vele goede eigenschappen die de
bescheiden mens Krombeen kenmerkten. Vele jongere landmeters
danken aan hem een grondige opleiding in de ruilverkavelings
materie.
Zijn bijzondere kwaliteiten bleven niet onbemerkt. Gedurende
de jaren 1949 tot 1955 was Krombeen belast met een leeropdracht
voor ruilverkaveling aan de Technische Hogeschool te Delft. Ge
ruime tijd nam hij de functie van hoofd van de ruilverkavelings-
dienst tijdens de ziekte van de heer J. J. Gorter waar. Hij nam
in de zg. Snelcommissie deel aan de eerste opzet van de Her
verkaveling Walcheren en hielp mee aan het totstandkomen van
de kadastrale ruilverkavelingsbureaus in de Zeeuwse rampgebieden.
In 1958 keerde Krombeen, na 23 jaren vruchtbaar ruilverkave
lingswerk, in de rang van ingenieur-verificateur terug bij de land
meetkundige dienst van het kadaster. Ook hier weer dezelfde
doelbewuste aanpak, welke veel beloofde voor de jaren die hem,
menselijkerwijze gedacht, nog zouden toekomen.
Het heeft zo niet mogen zijn. Een goed mens is van ons heen
gegaan. Door zijn hulpvaardigheid en bescheidenheid heeft hij
vele vrienden gemaakt, die hem node zullen missen. Hij ruste in
ii9