239
Bij het becijferen van de norm is er van uit gegaan, dat een
bij houdingsobject in elk geval bestaat uit tien convergente mo
dellen. Aangenomen is, dat gemiddeld i 10 ooo een geschikte
fotoschaal zal zijn om te kunnen kaarteren in de kadastrale kaart
op de schaal i 2500.
Afzonderlijke akteposten in landelijk gebied, die dus niets met
beeknormalisaties, wegverbredingen e.d. te maken hebben, worden
blijkens mij verstrekte gegevens langs terrestrische weg gemeten
in een gemiddeld aantal van 2.\ a 3 per dag per landmeter. Gelet
op de hieraan verbonden kosten en op die van de kaartering van
deze terrestrische meting, kan worden becijferd, dat de concentratie
van te meten akteposten in landelijk gebied minimaal 6 per 100 ha
moet zijn om geen financieel nadeel van fotogrammetrische toe
passing te ondervinden. Hierbij is weer verondersteld een minimale
omvang van het object van 1500 ha en het gebruiken van con
vergente opnamen op de schaal 1 10 000.
Het is nog de vraag of er veel gebieden van genoemde omvang
voorkomen waar de concentratie van akteposten zo groot is.
Er treden echter nog complicaties op. Hiervan zijn te noemen
de afpaling, aanwijzing en signalisering van de nieuwe grenzen.
Hiertoe zal toch een terreinbezoek dienen plaats te vinden. Deze
factoren zijn overigens wel in mijn becijfering verdisconteerd. Niet
echter is dit het geval met de factor „weer", die zich manifesteert
in een meer of minder langdurige controle van uitgelegde signalen.
En evenmin is dat zo met de mogelijkheden van het opnemings-
bedrijf, en deze spelen in elk geval nog een belangrijke rol, zo lang
het kadaster, eventueel in combinatie met andere meetdiensten,
nog niet zelf over een kaarteringsvliegtuig met de daarbij behorende
outillage kan beschikken.
Ondertussen is de situatie zo, dat ruim 15 km Lingeverbetering
kadastraal zal worden toegepast onder gebruikmaking van de
fotogrammetrie. In hoeverre de technische resultaten daarvan in
overeenstemming zullen zijn met die van onze voorlopige proeven,
zal pas over enkele maanden kunnen blijken. Tevens zullen we dan
een inzicht kunnen krijgen in het economisch aspect van deze
materie en daarbij vaststellen in hoeverre de thans aangenomen
normen kunnen worden gehandhaafd.
The use of photogrammetry in the Cadastre.After recalling the estab
lishment of the photogrammetric service of the Cadastre in mid-1956, the
author reviews the chapters of the official instruction book and the manual
of technical operations, both dealing with the application of photogrammetry.
In the Dutch Cadastre, photogrammetry is applied
a. for making topographic maps on a scale of 1 2000 for use in the re
arrangement of landholdings, and
b. for renewal of the Cadastre, in which plans are compiled on a scale of
1 2000 or i 1000.
Attention is devoted to minimum plot size, provision of signals, etc. The