314 namen in het algemeen werden gebruikt voor wat later kennelijke onderdelen van de es waren. De tamelijk goede overeenstemming is op het kaartje in mijn artikel uit 1934 te zien. Zoals ik de namen van de gewannen onderstel geweest te zijn, zijn ze in de lijst op genomen. Men ziet op de kaart hoe de gewannen twee groepen vormen: in het noorden vooral liggen ze tegen en op de Hamberg genaamde verheffing en in het zuiden daar waar een geringe welving is. Ze liggen op enkele plaatsen juist tot aan de grens van de latere es, terwijl ze van het geheel daarvan toch slechts een klein deel in nemen. Wel wonderlijk, al die verspreide gewannen met hun kleine akker tjes. Hoe kwam men tot zulk een aanleg Er zij nog eens opgemerkt, dat de oude gewannen voorkomen op of tegen duidelijke welvingen van de es. In de kampen aan de westkant van de noordhelft van het dorp bijv. is de grond beter, maar tot heden toe waren deze wel eens te nat. Men heeft blijkbaar droge stukken opgezocht, terwijl door de geringe hoogte geen enkele plek te droog was. De inzinking tussen de noordelijke en zuidelijke eshelft bleef leeg, maar aan de westzijde ervan, waar een (bij het leemgraven gedeeltelijk ver dwenen) ruggetje de beide helften verbond, werd gewannr. 13 aan gelegd. In de noordhelft van de es neemt de hoedanigheid van de grond naar het oosten in het algemeen af, en daarmee is de afnemende veelvuldigheid van de gewannen in overeenstemming. Zeer trof mij dat de kwaliteit van gewan nr. 1 door de boeren veel beter werd genoemd dan die van de akkers ten zuiden ervan, de kwaliteit van gewan nr. 3 beter dan die van de akkers vlak ten noorden ervan en de kwaliteit van gewannen 16 en 18 beter dan die van het ge middelde van de akkers tussen beide in De Enter akkers Het voorkomen van de op 1,5 km ten noorden van de es in de nabijheid van de Regge gelegen Enter akkers (of kortweg akkers), wijst erop dat reeds vroeg behoefte werd gevoeld aan (voor be paalde doeleinden) betere gronden dan in de es beschikbaar waren. Deze akkers zijn als inzet van de kaart afgebeeld, met de schaal in meters en in roeden. Het totale oppervlak van alle 24 gewannen bedraagt ongeveer 31 ha, hetgeen neerkomt op ongeveer 4,5 ha per deelgerechtigde. Nu is 4,5 ha zeker tweemaal meer dan één gezin kon bewerken. Dit wijst erop dat de zeven deelgerechtigden tijdens de beginaanleg of na bijvoorbeeld een of twee ge neraties meer dan één gezin vertegenwoordigden. In het laatste geval moet men zich voorstellen dat de ontginning van de es gedurende tientallen jaren volgens het hier besproken patroon heeft plaatsgevonden. Prakken is van mening dat de eerste ontginningen die bij de nederzetting Enter behoorden plaats hebben gevonden in de es en niet in de kampen (N.G.N. 1934). Dit wordt in dat artikel echter niet bewezen. (Bewerker)

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1960 | | pagina 52