ook gebleken in een verslag van het L.E.I. over De landbouw in Zuidwest-Drenthe (blz. 61) waar men „administratieve ruilverkave lingen" ook wel „vrijwillige ruilverkavelingen" noemt. Op blz. 68 van het jaarverslag spreekt men over de administra tieve ruilverkaveling Hoge en Lage Mierde, waarin de aanleg van het zandwegennet ter hand wordt genomen. De aanleg betreft hier m.i. nieuwe wegen. Het ware beter in dit geval te spreken van een „beperkte ruilverkaveling" (ruilverkaveling oude stijl) in tegenstelling tot de „integrale ruilverkaveling" (ruilverkaveling nieuwe stijl). Misschien kan in een volgend jaarverslag eens een klein schema worden opgenomen, dat duidelijk de verschillende mogelijkheden weergeeft, zodat de juridische en de cultuur-tech nische onderscheiding duidelijk tot uiting komen. Wellicht ware in het volgende jaarverslag iets meer aandacht te besteden aan de inhoud en de stijl van de provinciale verslagen. Ik heb de indruk dat de samenstellers van de eerste drie hoofd stukken geen supervisie hebben over de in het vierde hoofdstuk geleverde verslagen. Deze deskundigen was dan zeker niet ontgaan, dat het onjuist is te vermelden dat „de Rechter-commissaris een uitspraak deed inzake de bezwaren" (blz. 49, Enter Esch). Boven dien komt een aantal hinderlijke stijlbloempjes in deze verslagen voor. Nog een wens, waarvan de vervulling het verslag nog verzorgder zal maken dan het al is. De aanduiding van de oude en nieuwe gebruikstoestand in de kleuren lichtgroen en grijs in de kaartjes, die een vergelijking tussen oude en nieuwe toestand leveren, is niet duidelijk. Toevoeging van twee andere kleuren zal wel op druk technische bezwaren stuiten. Misschien kan een andere oplossing worden gevonden. De enkele kritische opmerkingen heb ik mij veroorloofd, omdat het wellicht mogelijk is, door hieraan tegemoet te komen, de ideale uitvoering van een jaarverslag nog meer te benaderen. Ik acht het een grote verdienste dat men er in slaagt gedurende een vijftal jaren een dergelijk veelzijdig jaarverslag samen te stellen. Zou dit misschien ook een bewijs zijn van de veelzijdigheid van het cultuurtechnische werk, waaraan geodeten mogen meewerken Prof. ir. G. F. Witt Ir. F. Harkink. Kwadraattafel. Van deze bekende tafel is bij P. Noordhoff N.V. te Groningen de vierde druk verschenen, geheel ongewijzigd. 363

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1960 | | pagina 45