A
68
Monografieën (o.r.v. J. M. Tienstra en F. Harkink). 1937, 37> 86,
Harkink; 1938, 83, Jonas.
Nomogrammen. 1957, 26-34, Haasbroek.
Opleidingen. Zie Geodetisch ingenieur; Lagere landmeetkundige op
leiding; Landmetersopleiding; Middelbare landmeetkundige opleiding.
praktikanten (van de H (M).T.S. te Utrecht) bij het Kadaster. OK 24
(aug. 55) 10-13, Witvliet.
Landmeetkundig rekenaar. Examen N.L.F. C 5 (1942) 15-16; 1947, 256-257.
Zie verder bij Examens.
tekenaar. Examen. N.L.F. Instelling 1947, 256-258.
werk (buitengewoon -). Dienst voor Zie B.L.W.
Landmeettechnicus. (Opleiding voor Rapport van de op 5-3-53 door het
Hoofdbestuur der N.L.F. ingestelde commissie (Commissie Van Steenis)
inzake de maatschappelijke bruikbaarheid en de opleiding van 1955
257-261.,
Examen. C 5 (1942) 8-16; 1946, 46. Zie verder bij N.L.F.-dioloma's.
Landmeter. Zie Civiel-landmeterlandmeter van het kadaster; particulier
landmeterruilverkavelingslandmeter.
Landmeters in Australië. HC 17 (juni 48) 24-25. HC 30 (dec. 52) 2-3, Krijgs
man. HC 33 (jan. 54) 1-2 en 20, Krijgsman. HC 41 (apr. 57) 5-10,
Bervoets. HC 42 (nov. 57) 9-11, Krijgsman.
in België. Zie bij Belgische Maatschappij (en) en Unie enz.
in Californië. HC 40 (febr. 57) 12-13, Van Lint.
in Canada. HC 16 (mrt. 48) 3-4; HC 24 (dec. 49) 4-6, Klinkenberg.
in Ecuador. HC 19 (mrt. 49) 10-14, Boot.
Landmetersexamen in Australië en Nieuw-Zeeland. 1939, 276-281, Harkink.
Landmeters-Federatie (Internationale Zie F.I.G. (Fédération Inter
nationale des Géomètres).
Landmeter van het kadaster. 1884-1959. 1959, 337-344. Ferwerda.
Landmeters van het kadaster, anciënniteitslijst en ranglijst. OK 11 (jan. 51)
22-23. OK 43 (febr. 61) Bijlage (Toestand 1-1-61).
Landmeter van het kadaster. Benoembaarheid tot buitengewoon landmeter
van het kadaster (Adres van het Bestuur der Vereniging voor Kadaster
en Landmeetkunde aan de Minister van Financiën). HK 89 (apr. 38) 1-3.
van het Kadaster (buitengewoon Zie Buitengewoon enz.
van het kadaster (Buitengewoon Examen. Zie bij Examens.
van het Kadaster. Examen. Voorbereiding. HK 99 (apr. 42) 3-4, Stoor
vogel.
van het kadaster en de gemeentebesturen. (Art. 49 en 50 van de I.K.
(oud) en 71 (nieuw) OK 16 (sept. 53) 6-10, Vermeulen.
van hét kadaster als getuige-deskundige. C 2 (1937) Hl 8-10, Best; 10-12,
Van Riessen.
van het kadaster in Indonesië. 1948, 117-126, Plasman.
van het kadaster in Indonesië. Bezoldigd als academicus. OK 2 (juni 47)
25-27.
Landmeters van het kadaster in Indonesië (Vereniging van Liquidatie.
1955. 48-49-
van het kadaster. Ranglijst en anciënniteitslijst. OK 11 (jan. 51) 22-23.
OK 43 (febr. 61) Bijlage (Toestand 1-1-61).
Landmeter van het kadaster en tekenaar van het kadaster. Verhouding,
(naar aanleiding van de instelling van het instituut van Veldassistent).
HK 83 (aug. 36) 10-11, Glerum.
Maatschappelijke positie. 1935, 71-75, Schermerhorn. 1949, 296-297,
Schuurman. 1950, 34-41, Jonas.
Landmeters in Nieuw-Zeeland. HC 16 (mrt. 48) 4-10.
Landmetersopleiding in Franeker (Metius). 1948, 204-206, Jonkers.
van de Landbouwhogeschool te Wageningen naar de Technische Hoge
school te Delft. Studieprogramma en Examenreglement. 1935, 193-207,
Harkink. Benoeming J. M. Tienstra tot buitengewoon hoogleraar
ibid. 201-202. Zie verder bij Geodetisch ingenieur.
