A
74
en het Kadaster. 1958, 118-150, Van Riessen.
Instelling van een Afdeling Kadaster en hypotheken. (1-5-47). OK 2
(juni 47) 1; 1947, 143.
Modern kaartmateriaal in de Verenigde Staten. 1947, 229-230.
Moderne techniek van het vervaardigen van kaarten. 1957, 82-114 (Werk
groep voor kaartreproduktie).
Mogelijkheden van beroepsuitoefening in het Buitenland (door Civiel-land-
meters en Geodetisch ingenieurs). HC 23 (juli 50) 14-15.
Molen, K. van der. Over het oplossen van normaalvergelijkingen. 1949,
118-124. Zie ook W. Baarda idem, 1949, 184-185.
De vooruitzichten van de civiel-landmeter. HC 3 (aug. 36) 1-2(3).
JG. Huytker en P. Ilmer. De civiel-landmeter en het rapport Scher-
MERHORN. C I (1936) 22-24.
In Memoriam, 1958, 322-324, Rienstra.
Monografieën (landmeetkundige onder redactie van J. M. Tienstra en
F. Harkink. 1937, 37, 86, Harkink; 1938, 83, Jonas.
Montfort. Ruilverkaveling. Pachtruil. RB 31 (1958, dec. 2) 10-13, Evers.
Moor, C. W. Beschouwingen over de kamerdebatten (Rijksbegroting 1956).
OK 27 (febr. 56) 14-19.
De Bijhoudings- en vernieuwingsdienst (van het Kadaster). 1959, 222-226.
Commentaar (op: „Aan de Jongeren" in OK 22 (febr. 55) 3-5). OK 23
(mei 55) 5-8.
Moeilijkheden bij het Kadaster. OK 28 (apr. 56) 12-16.
De volledige middelbare krachte«dekadastraledienst.OK23 (mei 55) 24-28.
Most, A. H. van der. Enkele aspecten van de sanering (op Walcheren).
RB 17 (1952. mei 33-36.
Grenslanderijen (in een Ruilverkaveling). RB 29 (1957, apr. 1) 35-37.
Een praktijkmethode voor het administreren van het plan van toedeling
(in een Ruilverkaveling). RB 26 (1955, dec. 2) 28-29.
en W. A. van der Werff. Concurrentiebedingen in de herverkaveling
Walcheren. RB 25 (1955, mei, 1) 2-3.
Mulder (A. Soutendijk Zie Soutendijk, A.
Muller, E. De betekenis van de lijst van rechthebbenden. 1948. 20-21.
(en J. F. Ilsen). Ervaringen uit de herverkaveling Schouwen-Duiveland.
RB 26 (1955, dec. 2) 20-24.
Kavelindeling in een Ruilverkaveling. RB 29 (1957, apr. 1) 37-39.
Mijmering. RB 23 (1953, sept. 3) 42-43.
Ruilverkaveling en landschapsverzorging. RB 21 (1953, mrt. 1) 7-11.
Ruilverkavelingsstatistiek. RB 21 (1953, mrt. 1) n-13.
Voorbereidingen voor de luchtkaartering van (de herverkaveling van)
Schouwen-Duiveland. RB 27^(1956, mei, 1) 4-5(13).
Werkplan I en de berekening van de schutting (in een Ruilverkaveling).
RB 28 (1956, dec. 2) 6-9.
Muller, J. J. A. Levensbericht (afscheid van Prof. dr. J. J. A. Muller als
voorzitter van de Rijkscommissie voor Graadsmeting en Waterpassing).
1:938, 53-54, Vening Meinesz.
Muller, W. Het betekenen van astralon en het bijwerken op extra gladde
correctostaatplans met een langs reprografische weg ontstane figuratie.
RB 33 (i960, mrt. 1) 12-14.
Münchener Photogrammetrische Wochen 1955. (12/24-9-55). 1955, 142-143
(aankondiging)273-276 (verslag) Van Gent.
1958. (sept. 58) 1958, 366-368, Roos.
1959 (7/21-9-59) 1959, 364-367, Van Gent.
Munck, J. C. de De werking en de theorie van de tellurometer. i960, 3-26.
Museum (Nederlands Belasting 1938, 57-58 en 120, Harkink.
voor natuurwetenschappen (Nederlands 1938, 58-59, Zeeman en
anderen.
Muyzenberg, L. W. van den en H. J. van Steenis. Aard en mogelijkheden
van een leidingenkadaster, i960, 321-334.
Mijnschade. 1949, 31-39, Grond.