Ik zou een wijziging van de Ruilverkavelingswet in deze zin uiter mate wenselijk achten. De individuele boer zou er met een Raad van Beroep als in Zeeland ongetwijfeld op vooruitgaan. Ik wil bepaalde lijk niet ontkennen dat de gewone rechterlijke macht niet zou willen helpen, maar de deskundigheid van de ruilverkavelingsorganen is zo groot, de reclamant heeft vaak zo weinig behoorlijke argumenten, dat de rechtbank in het merendeel van de gevallen het beroep afwijst. Daarentegen heeft de Raad van Beroep deskundigen in zijn midden die kunnen „meeprocederen", die uit een zwak beroep schrift meer halen dan er in zit. De gegevens die ik in de bijlage heb opgenomen, bevestigen deze indruk. Als men weet dat de Raad van Beroep voor Walcheren op 220 bezwaarschriften uitspraak heeft gedaan en in 121 gevallen in enigerlei opzicht aan de reclamanten is kunnen tegemoetkomen 1), vallen de resultaten van de beslis singen over plan van ruilverkaveling (wet van 1938) en plan van toedeling (wet van 1954) nog al tegen. De Raad van Beroep zou waarschijnlijk in nog meer gevallen wijzigingen in het plan van toedeling hebben kunnen aanbrengen, als hij eerder aan het werk had kunnen gaan. De Herverkavelings commissie had na vaststelling van de voorlopige kavelindeling de gronden dienovereenkomstig in voorlopig gebruik gegeven. Vele belanghebbenden hebben deze ingebruikgeving min of meer als definitief beschouwd en de Raad, die pas i\ jaar later begon, heeft die opvattingen zoveel mogelijk ontzien. Ik vermeld deze kwestie, omdat er uit blijkt, dat het wenselijk is dat zo spoedig mogelijk de rechter kan worden benaderd. Ook daarmee zal bij een herziening moeten worden rekening gehouden. Overigens is het niet nodig maatregelen te treffen dat de procedure ook spoedig beëindigd wordt. De zorg van de drie ruilverkavelingswetten om de procedures voor de rechter te versnellen alleen onteigening moet nog sneller 19 uitgedokterd. Dit was niet zo bezwaarlijk toen de zekerheid bestond dat deze commissie, en vooral de landmeter, inderdaad geval tot geval met de uiterste zorgvuldigheid had uitgezocht, maar bij de grote omvang van thans rijst de vraag of een beroep op een rechterlijk college dat in deze speciale materie niet ervaren is en daarmee slechts incidenteel en op een laat tijdstip in aanraking komt, wel voldoende is. In de Herverkavelings- wet voor Walcheren en Zeeland bestaat een ruimere beroepsmogelijkheid en wel op een gemengd college van juristen en agrarische deskundigen, en het is m.i. de overweging waard of een dergelijke figuur niet de voorkeur verdient ook voor de gewone ruilverkavelingen, nu deze meer en meer eenzelfde karakter krijgen als de Zeeuwse herverkavelingen. En voorts, ook een beslissing als die, wie wél en wie niét voor bedrijfsvergroting in aan merking komt een beslissing waarvan het maatschappelijk bestaan van de belanghebbende afhankelijk kan zijn kan toch niet geheel aan het met geen waarborgen omringde oordeel van de met uitvoering belaste ambtenaren en een door de betrokkenen niet als onpartijdig beschouwde plaatselijke commissie worden overgelaten. 1) Verdeeld als volgt: 23 afgewezen, nadat door de Herverkavelings commissie enige vergoeding of uitvoering van werken in uitzicht was gesteld 60 geheel toegewezen; 38 gedeeltelijk toegewezen.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1961 | | pagina 21