148 3-2. Het besluit tot ruilverkaveling Op de besluitvorming heeft zich in feite tot nog toe alle aandacht gericht. Er zijn twee mogelijkheden: 1. Beslissing door de eigenaars, vruchtgebruikers en gebruikers Nadat hij vastgesteld heeft dat de algemene vergadering regel matig bijeenkwam, zet de voorzitter het voorwerp van de raad pleging uiteen, geeft mededeling van de bezwaren die tijdens het onderzoek naar voren werden gebracht en hoort de opmerkingen van de aanwezige of vertegenwoordigende eigenaars, vrucht gebruikers en gebruikers. Het eerste doel van de bijeenroeping van de algemene vergade ring is te beslissen of het voorstel tot ruilverkaveling doorgaat. In tegenstelling met het wetsontwerp van 1948 onderscheidt de wet in de algemene vergadering twee groepen: die van de eige naars en gebruikers en die van de gebruikers. In elke groep heeft een afzonderlijke stemming plaats, waaraan door elke eigenaar, elke vruchtgebruiker en elke gebruiker, met één stem wordt deelge nomen. De te bekomen meerderheid is, zoals reeds werd gezegd, viervoudig. Het is in elke groep de dubbele meerderheid voorzien in de Nederlandse Ruilverkavelingswet 1924. Voor de berekening van de oppervlakte in de groep van de eige naars en van de vruchtgebruikers worden de stemmen van de gebruikers niet in aanmerking genomen. In geval van bezit in on verdeeldheid of gemeenschappelijke exploitatie van een kavel, worden de bezitters in onverdeeldheid of personen die een kavel gemeenschappelijk in bedrijf hebben, geacht elk een gelijk deel van deze oppervlakte te bezitten of in gebruik te hebben. Door de gebruikers bij de stemming in de algemene vergadering op gelijke voet te plaatsen als de eigenaars wordt meer dan in welke buitenlandse wet ook, het accent gelegd op de noodzakelijkheid de exploitatie van de landbouwbedrijven te verbeteren. Deze wijze van stemmen wordt daarenboven verantwoord door het feit dat plus minus 66 van het Belgisch landbouwareaal in pacht wordt ge ëxploiteerd. 2. Beslissing door de Minister van Landbouw Daar aldus ontegensprekelijk het politieke aspect van het pro bleem wordt aangesneden, is het niet te verwonderen dat de defi nitie van gebruiker (artikel 3) en de redactie van artikel 10 tijdens de parlementaire behandeling het voorwerp uitmaakten van veel discussie en wijzigingen, en zeker nadat de Verenigde Senaats commissies van Landbouw en Justitie de oorspronkelijke tekst zó hadden aangevuld dat het voorstel tot ruilverkaveling aanvaard zou zijn: indien in geval van goedkeuring door één van de twee groepen, de Minister van Landbouw zich binnen drie maanden met deze uitspraak verenigt".

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1961 | | pagina 30