De uitkomsten van deze proefnemingen zijn dus gebaseerd op de omstandigheden, o.a. „airconditioning", zoals die bij de Topo grafische dienst voorkomen. Hierna volgen alle mogelijkheden aan bewerkingen (contact procédé) die zich in het nieuwe kaarteringsproces kunnen voordoen. Dat hierbij nog is opgenomen de fase van het overbrengen van het kaartbeeld van astralon op maatvaste film, is een gevolg van het feit, dat in de overgangstijd tussen oude en nieuwe methode over geschakeld moest worden en wel voor de kaartbladen die in be werking waren. a. Een astralontekening fotografisch vastleggen op één van de maatvaste films (Stabilene, Cronaflex, Cronar), d.w.z. van een polyvinylmateriaal naar een gelatine-oppervlak op Mylar. De resultaten hiervan zijn: op Stabilene 591 T of 571 T een verkorting van 0,4 mm (op 50 cm), op Cronaflex een verkorting van 0,09 mm, op Cronar een verkorting van 0,25 mm. N.B. Deze en ook de volgende maten zijn gemiddelden, verkregen allereerst uit de lengteveranderingen van de vier zijden van het kaartbeeld en vervolgens uit een minstens drievoudige herhaling van elke proef. b. Op Cronarfilmpjes zijn luchtopnamen ontschrankt, die ge monteerd worden op Cronaflex (zonder laag). Deze montage wordt fotografische vastgelegd op Stabilene- Scribecoat, d.w.z. van Mylar naar een diazo-oppervlak (Stabilene Y466). De vormveranderingen zijn verwaarloosbaar klein. c. Van een diapositief wordt een negatief gemaakt of omgekeerd. Dit proces is omkeerbaar, zoals uit de voorafgaande proeven is ge bleken, d.w.z. van een gelatine-oppervlak naar een gelatine-opper vlak. Enkele voorbeelden: op Cronaflex een vergroting van 0,11 mm, op Stabilene een verkleining van 0,11 mm. d. Van een gravure op Stabilene-Scribecoat Y466 wordt een dia positief gemaakt, d.w.z van een diazo-oppervlak naar een gelatine- oppervlak. De resultaten zijn: op Cronaflex een verkleining van 0,07 mm, op Stabilene een verkleining van 0,15 mm. e. Het fotografisch vastleggen van een diapositief op een graveer- laag, d.w.z van gelatine-oppervlak naar een diazo-oppervlak: op Stabilene Y466 een vergroting van 0,04 mm. Een diapositief wordt chemigrafisch vastgelegd op een peelcoat- oppervlak, d.w.z. van gelatine-oppervlak naar een peelcoat-opper- vlak: op peelcoat een vergroting van 0,17 mm. Uit het bovenstaande is af te leiden, dat als op deze manier de drie soorten materialen, Stabilene, Cronaflex en Cronar, zijn onder- i7i

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1961 | | pagina 53