127
(P1)' en (Q')respectievelijk (P')" en {Q')", gelegen in de on
middellijke omgeving van P' en Q' en ten opzichte van die punten
op de schaal i: a voorgesteld, de waarden [af'2] t/m [df. 2] res
pectievelijk [af".2] t/m [df"2] volgens (6) berekenen. Immers in
deze punten dient men, zoals De Groot reeds heeft opgemerkt
(litt. 2 en litt. 4, blz. 32 e.v.), vectoren te construeren op dezelfde
wijze als dat in P' en Q' is gebeurd. De bedragen en die bij die
berekening nodig zijn bepaalt men uit de waarden in P' en Q'
volgens de formules 8' en 8". Evenals J] en
[fk] zijn ook [J'k], f"ien [f"k] nul. De „overgangen" 8' en 8"
berekent men met het nomogram Kadaster nr. 52. Het is duidelijk
dat voor de wederzijdse richting de berekening van twee 8's nodig
is. Immers om bijv. van de voor de richting P'Q' over te gaan op
de voor de richting {P')'(Q')' dient men niet alleen de overgang
te kennen van (P')' naar P' voor de richting Q'maar ook die van
[Q')' naar Q' voor de richting P'.
De constructie van de definitieve punten P en Q met vector nul
[af. 2], \b]2], [cf. 2] en [df2] uit (5) zijn daar nul heeft plaats
op de wijze zoals reeds in de H.T.W. op blz. 196 fig. 47 is aange
geven (zie ook litt. 2 en litt. 4, blz. 33). Daarna bepaalt men op
overeenkomstige wijze als hierboven reeds voor [P')' en (Q')
respectievelijk (P')" en (Q')" werd aangegeven, de f's (v's) in de
definitieve punten P en Q volgens de betrekking
v f -(- 8gerej_ ([74] 0).
Na de berekening der v's berekent men langs numerieke weg de
bedragen [av], [bv], [cv] en [dv\. Ze moeten, afgezien van kleine
afrondingsverschillen, nul zijn (controle).
De betrekking p.2 0 is het aantal overtallige waarnemin-
gen) levert de geschatte waarde van het kwadraat van de stan
daardafwijking.
Na de constructie van de definitieve punten P en Q past men op
de schaal 1a ten opzichte van het assenstelsel der R.D. de coördi-
natencorrecties \XP en AYP respectievelijk AXq en AYq uit.
Vervolgens construeert men op een bepaalde schaal de standaard
ellipsen in P en Q. Ook deze constructie is weer geheel analoog
met de werkwijze die op blz. 197 van de H.T.W. is besproken
(zie ook litt. 4, blz. 38-40). Ten opzichte van willekeurige assen
stelsels en VO' door P en Q zijn de vergelijkingen van deze
standaardellipsen opvolgend
[aa. 2] £'2 -f 2 [ab. 2] £'y)' [bb2] V2 f-2 en
[S.2jc" 2[S.2K'e' [S.2]9"-^ (7)
0
