van de A.I.G. J. J. Levallois en mijzelf zal nadere voorstellen
uitwerken.
Een punt van algemeen belang was de bespreking in de commissie
voor een internationale geodetische documentatie, waarvoor onder
meer door de Rijkscommissie voor Geodesie veel voorbereidend
werk was verricht.
Aangenomen werd, dat in de toekomst gebruik zou worden ge
maakt van een nieuwe geodetische U.D.C.-classificatie ontworpen
door de F.I.D., aansluitend bij de reeds eerder opgezette foto-
grammetrischs documentatie. Bij wijze van overgangsmaatregel
zou voorlopig tevens de tot nu toe gebruikte classificatie voort
gezet worden, een dubbel systeem dus.
Afgezien wordt van uitgave in boekvorm, overgegaan zal worden
op een kaartsysteem.
Teneinde de mogelijkheid van realisering te vergroten, zal samen
werking worden gezocht met de internationale fotogrammetrische
en de internationale landmeetkundige vereniging (S.I.P. en F.I.G.),
alsmede met de pas opgerichte internationale cartografische ver
eniging (A.I.C.), teneinde te komen tot een taakverdeling ter be
strijking van het totale wetenschapsgebied.
Groepen van landen of een werelddeel zouden gegevens gecoördi
neerd verstrekken, bij voorkeur door middel van een gekwalificeerd
instituut. Als uiteindelijk verzamelpunt werd aangegeven het Bureau
Central van de A.I.G te Parijs, dat tevens de leiding van alle ope
raties in handen zou hebben.
Aan één instituut zou het vermenigvuldigen en eventueel het ver
zenden worden opgedragen. Een eerste aanbod hiertoe werd van
Russische zijde gedaan, daarna werd van de zijde van het Geodetisch
Instituut in Dresden er sterk op aangedrongen deze taak over te
nemen, welk aanbod de goedkeuring van de Russische delegatie
verwierf. Daar bekend was. dat het Geodetisch Instituut te Frank
furt a.M. eveneens gaarne de taak op zich had genomen, is een be
slissing over deze kwestie voorlopig uitgesteld.
Aangezien een groot aantal detailpunten nader moet worden uit
gewerkt, is aan mij verzocht gedetailleerde voorstellen met hulp
van deskundigen uit te werken. Uiteraard zal hierbij de Rijks
commissie voor Geodesie worden ingeschakeld.
Daar nog de periode van 1952 tot i960 overbrugd diende te
worden, zal onderzocht worden of aansluitend aan de tot 1952 in
boekvorm gepubliceerde documentatie, een zo beknopt mogelijke
uitgave gerealiseerd kan worden door middel van met het Bureau
Central door Amerikaanse instituten af te sluiten contracten.
Verslag te geven van het in deze commissie behandelde, wordt
bemoeilijkt door een opeenhoping van onderwerpen, een vermenging
van wetenschapsgebied met dat van de secties III en V en vele
nieuwe gezichtspunten van een zelfs revolutionair karakter.
206
SECTIE I - TRIANGULATIE
