nog niet definitief gepubliceerde, studie over de ontwikkeling van
de topografie van de aarde in bolfuncties tot en met de 31e orde, op
voorstel van Vening Meinesz voor geofysische onderzoekingen in
samenwerking met het laboratorium voor Geodesie te Delft en het
Mathematisch Centrum te Amsterdam, verricht. In verband met
de steeds meer toegepaste ontwikkeling van de zwaartekrachts
anomalieën in bolfuncties en het verband tussen de topografie
en de met de vrije lucht reductie berekende zwaartekrachtsano
malieën, bleek hiervoor van vele zijden belangstelling te bestaan.
G. J. Bruins
Naar aanleiding van bovenstaande rapporten wordt ook de aan
dacht gevestigd op het door Prof. Dr.-Ing. W. Grossmann uitge
geven „Sonderheft 10" van het „Zeitschrift für Vermessungswesen",
waarin in een rapport van 55 pagina's een uitvoerig verslag van
het congres is samengevat.
In het bijzonder schenkt Prof. Grossmann in dit rapport aandacht
aan de organisatie van de Association Internationale de Géodésie
en van haar permanente commissies en studiegroepen. G. J. B.
Litteratuuroverzicht
D. de Groot, Goniometrische tafels in tien decimalen voor
de sexagesimale en de decimale verdeling. 40 blz., 33 x22 cm.
Uitgave van de Rijkscommissie voor Geodesie te Delft, Kanaal-
weg 4. Prijs 5,—.
Met zeer veel genoegen bespreek ik hier de bovengenoemde gonio
metrische tafels waarvan, ter bevordering van een zo algemeen
mogelijk gebruik, de verklarende tekst en het voorwoord van Prof.
Roelofs niet alleen in het Nederlands is gepubliceerd maar eveneens
in het Engels, Spaans, Frans en Duits. Ik doe dat met des te meer
genoegen omdat door het verschijnen van de tafels het werk dat
De Groot reeds vele jaren geleden voltooide thans zijn bekroning
heeft gevonden. Gedurende de 12 jaren dat ze in manuscript in het
Laboratorium voor Geodesie aanwezig waren, hebben velen ze in
de praktijk kunnen gebruiken; ze bleken zo goed te voldoen dat ze
in een zeer fraaie vorm in druk zijn verschenen, nadat ze in 16
decimalen waren nagerekend door de elektronische rekenautomaat
van de Technische Hogeschool te Delft. Het mag hier wel eens
worden gezegd dat De Groot in zijn manuscript nergens een reken
fout heeft gemaakt. Slechts op die plaatsen waar de 11de en 12de
decimaal samen het getal 49, 50 of 51 vormen kwamen wel eens
afrondingsfoutjes in zijn werk voor.
De sexagesimale tafel, ter onderscheiding van de decimale op
groen papier gedrukt, geeft, met intervallen van 5', de sinus en
222