*95 Nu iets over de kijker. We hebben de volgende proef genomen. Op een zwart bord waren om de 5 cm witte papiertjes geplakt. Op deze witte vlakjes werd m.b.v. een coördinatograaf een nauw keurig ruitennet getekend van 5 cm (fig. 7). Dit ruitennet werd via een theodoliet gefotografeerd. De camera was zodanig ge construeerd, dat men de fotografische plaat t.o.v. het objectief kan verschuiven. Er werd een opname gemaakt met volle objectief opening. De plaat werd iets verschoven, de onderhelft van het objectief werd afgedekt, weer een opname gemaakt. Zo werd ook de bovenhelft afgedekt en tenslotte werd nog een opname gemaakt met volle opening. Het resultaat ziet u in figuur 8. Wat nu opvalt is dat de onderlinge afstand bij een groepje van 4 kruisjes ver schillend is voor verschillende plaatsen. De foto is uitgemeten en er werd gevonden, dat het verschil in bovenhelft en onderhelft praktisch voldeed aan de formule: cxy. Een grafische voorstelling hiervan ziet u in figuur 9. De theoretische achtergrond was niet zo eenvoudig te achter halen, maar tenslotte is het toch gelukt deze af te leiden uit de optische fouten van de derde orde. Fig- 7

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1961 | | pagina 37