ze meer van het recht dienden te weten en die daarom naast het vervullen van hun ambtstaak zich toelegden op de studie voor kandidaat-notaris of op die voor meester in de rechten. Deze studie werd verder nog gestimuleerd door het uitzicht om dan benoembaar te zijn tot Bewaarder van de Hypotheken, het Kadaster en de Scheepsbewijzen. Ik volgde dit goede voorbeeld en kreeg van de Rijksuniversiteit in Groningen in 1929 mijn bul en werd in 1933 tot hypotheekbewaarder benoemd. Het zou te ver voeren de ont wikkeling van de Landmeterscursus op de voet te volgen. Voldoende moge zijn erop te wijzen dat deze opleiding, aan vankelijk bedoeld als vakopleiding, al spoedig een ruimere be tekenis krijgt. Het diploma van Civiel-landmeter, verkrijgbaar als eindresultaat van deze studie, is nodig om tot landmeter van het kadaster te kunnen worden benoemd, maar er komen meer en meer studenten die andere plannen hebben en in de vrije maatschappij een betrekking gaan zoeken gewapend met de titel civiel-landmeter. Het onderwijs is dus niet meer uitsluitend gericht op het kweken van een bepaald corps ambtenaren en kan zich nu vrijer ont wikkelen. Wat vooral na het overgaan naar Delft zich meer en meer accentueert en eindigt in het omzetten van de cursus in een gewone vrije ingenieursstudie. Hoe is het nu met het onderdeel recht gegaan in deze ontwikke ling? Te meer klemt die vraag nu men al spoedig in de onder afdeling Geodesie moest overgaan tot het instellen van vier af studeerrichtingen voor Geodetisch ingenieur om het studiepro gramma niet te overladen te maken. Dat de richting „Administratie van de grondeigendom en cultuurtechniek" (in hoofdzaak de toekomstige landmeters van het kadaster op het oog hebbend) iets van het zakenrecht moet weten, zal zonder meer duidelijk zijn. Echter ook de richtingen „Geodesie", „Fotogrammetrie" en „Landmeetkunde voor exploratiedoeleinden" zullen dit recht nodig hebben, omdat de abituriënten ervan toch, waar ze ook gaan werken, altijd met kaarten te maken zullen hebben en dus met de rechten die op de voorgestelde percelen kunnen rusten en met de begrenzing van die rechten, voorgesteld door de lijnen op hun kaarten. Zij het dan dikwijls in buitenlandse rechtsstelsels die van de onze verschillen, die men echter gemakkelijker zal kunnen begrijpen als enig inzicht in ons eigen recht is verkregen. Vandaar dat in het studieprogramma tot het kandidaatsexamen voor alle vier afstudeerrichtingen het recht als „kernvak" is opgenomen en in het vijfde studiejaar tevens als kernvak voor de richting „admi nistratie van de grondeigendom en cultuurtechniek". Als op deze summiere wijze is aangetoond dat bij de vorming van de geodetisch ingenieur aan delen van het recht de nodige aandacht moet worden geschonken, komt de aangewezen docent 2Ó2

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1961 | | pagina 4