350
2.5. De toelaatbare perceelslengten en kaveldiepten
Ingevolge de percelering binnen de kavel zijn de perceelslengte en
kaveldiepte aan elkaar gelijk. De toelaatbare perceelslengten en
kaveldiepten zijn vastgesteld bij een 7"-waarde van 10 gulden per ha
per jaar en dit om twee redenen.
De eerste is, dat de toelaatbare lengte van kleine kavels praktisch
niet wordt vergroot door de tolerantie te verhogen (zie fig. 2)
terwijl 10 extra exploitatiekosten per ha per jaar gekapitaliseerd
tegen 4 reeds een bedrag van 250 per ha betekenen.
De tweede reden is de volgende: indien op de breedte van de
kavel niet alleen de kosten van wenden en dergelijke drukken,
maar ook de jaarlijkse kosten van aanleg en onderhoud van de weg
die deze kavel ontsluit, dan wordt de waarde van aanzienlijk
hoger namelijk ca. 180 per 100 m kavelbreedte. Dit geldt voor
aanlegkosten van ca. 40 per m weg, een jaarlijks onderhoud van
0,50 per m weg en indien de weg aan beide zijden kavels ontsluit.
In figuur 3 is voor x f 180, de kavellengte uitgezet waarbij de
kosten minimaal zijn. De LM voor x is 180, blijkt redelijk overeen
te stemmen met de lijn die verkregen wordt voor de grootste waarde
2/5 uur. De kosten van i uur transport met trekker, wagen en een man, is
op 8 gesteld. P is dus ca. 3 per 100 m per ha per jaar.
perceelslengte L
kaveioiepte in m
500r
200
perceelsgrootte in ha
2 2.5 3
1.5
0.5
kavel grootte in ha
Fig. 3. Verband tussen perceelslengte, perceelsgrootte en kosten van exploi
tatie en weg
7-m (x 180) perceelslengte met minimale exploitatie- en wegkosten
en P hebben dezelfde waarde als in fig. 2)
(x 60) en L,0 (x f 60) zijn dezelfde lijnen als in fig. 2