355 een op de praktijk afgestemd verkavelingsmodel ten dele uit model I en ten dele uit model II bestaat. Voor deze combinatie van model I en model II zijn in tabel 5 weergegeven: de procentuele toename van de kavelontsluitings- kosten bij afnemende afstand van de wegen en het percentage cultuurgrond dat door middel van insteekwegen wordt ontsloten bij deze afstanden. Een juiste keuze van de onderlinge afstand van de doorgaande wegen houdt rekening met de ontsluitingskosten en met de boven geschetste verkavelingsproblematiek. Het zal uit dien hoofde duidelijk zijn dat deze keuze neerkomt op een compromis tussen de 'meerdere kavelontsluitingskosten' bij afnemende afstand en de 'meerdere verkavelingsproblematiek' bij toenemende afstand van de wegen. Uit tabel 5 valt te concluderen dat een afstand van Jaarlijkse kosten in gld. per ha X O 400 500 600 700 800 afstand kavelontsluitingswegen in m cultuurgrond 5011 30 20 10 400 500 600 700 800 afstand kavelontsluitingswegen in m x model I o model n Fig. 6. Boven: Verband tussen jaarlijkse kosten van de doorgaande kavel- ontsluitings- en insteekwegen, en de onderlinge afstand van de doorgaande kavelontsluitingswegen. Onder: Verband tussen het percentage cultuur grond dat niet zonder insteekwegen kan worden toegedeeld, en de onderlinge afstand van de doorgaande kavelontsluitingswegen.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1961 | | pagina 45