36 7
de bij houding van de grondboekmetingen verklaarde hij dat geen
moeiten zullen worden gespaard om het aantal landmeters op peil
te houden, ten einde aldus een achterstand in de bijhouding te
kunnen voorkomen.
De agenda van de vergadering van het Comité Permanent deed
niet vermoeden dat voor haar behandeling de vijf hiervoor bestemde
zittingen zouden nodig zijn.
Na de opening door de vice-president Höllhuber werden enige
van de in de afgelopen periode overleden vakgenoten herdacht:
Schiffmann (president der F.I.G.), Dr. Röhrs (voorzitter van de
Duitse organisatie), Pastorelli (één van de meest vooruitstrevende
particuliere landmeters in Zwitserland), e.a.
De behandeling van het rapport van de secretaris-generaal,
het financieel verslag en de internationale bindingen van de F.I.G.
vergde niet veel tijd. De voorstellen tot toelating als lid door
Marokko en Canada ingediend, leverden weinig stof tot discussie.
Het 9e agendapunt „Dictionnaire multilingue" eiste uren node
loos gepraat. Het vorig jaar was besloten dit woordenboek in
Nederland te laten drukken, daar dit het voordeligste was. Voor
waarden: Zw. frs. 6900.zouden „a fonds perdu" door de F.I.G.
aan de drukker worden betaald; er zouden 1200 exemplaren
worden gedrukt en de prijs zou 6 a 7 bedragen.Ons lid Ir. Harkink
had reeds veel arbeid verricht voor het persklaar maken van de
kopij. Nu kwam Duitsland met het voorstel het woordenboek in
2000 exemplaren uit te geven. Dan zou Duitsland zijn bijdrage
,,a fonds perdu" verhogen, evenals andere landen. Verder zou het
woordenboek in september 1962 gereed moeten zijn. De Duitsers
vestigden echter de indruk, dat het bedrag van Zw. frs. 6900.
niet nodig zou zijn indien een Duitse drukker het woordenboek
zou leveren voor S 8: Na veel getelefoneer van Prof. Roelofs met
de Nederlandse drukker bleek ook deze laatste aan de voornaamste
voorwaarden te kunnen voldoen en het woordenboek te kunnen
leveren tegen 7 met behoud van het bedrag ,,a fonds perdu".
Tot ieders verbazing bleek daarna dat ook de Duitse drukker dit
bedrag zou moeten ontvangen, zodat uren gesproken was over een
voorstel dat nadeliger voor de F.I.G. bleek te zijn dan dat, hetwelk
reeds in i960 door het Comité Permanent was aangenomen.
Het voorstel van Nederland en Polen een subcommissie (I bis)
in te stellen, die op het gebied van bibliografie en documentatie
met andere organisaties (AIG, SIP, AIC) zou samenwerken,
werd aangenomen; als voorzitter en secretaris werden aangewezen
Prof. Odlanicki-Poczobutt (Polen) en Ir. Rogge (Nederland).
De verslagen van de rapporteurs der commissies en van de directeur
van de O.I.C.R.F. leverden weinig nieuws. T.a.v. het komende
congres werd meegedeeld dat voor commissie III een aantal bijzon
dere rapporten zullen worden ingediend, o.a. over technische
metingen (Prof. Lazzarini, Warschau), bosfotogrammetrie
(Möller, Zweden), cartografie en automatisering.