45 fermen. Hun enthousiasme heeft in het buitenland het vertrouwen gewekt dat er nu iets gaat gebeuren en zo stromen de gegevens naar Den Haag. Ik noem hier o.a. alle documentatie die reeds door Monsieur le Dr. L. Hegg, de oude voorzitter van de commissie met de mooie naam van „Office international du Cadastre et du régime foncier", was verzameld. Maar ook de verzameling zeer belangrijke gegevens die in het bezit waren van de Royal Institution of Chartered Surveyors, werd naar Nederland overgebracht. Jaarlijks doet nu de nieuwe voorzitter, de heer Meelker, in de vergadering van het Comité Permanent mededeling van de nu werkelijk gemaakte vorderingen. Het is een enorme taak die deze commissie op zich heeft genomen en wij mogen dan ook de Neder landse regering dankbaar zijn voor het feit dat zij dit werk steunt door daarvoor ambtenaren ter beschikking te stellen. Mede hierdoor is het mogelijk dat het O.I.C.R.F. werkt als een permanente com missie, wat zij gemeen heeft met de eerder genoemde commissie voor het woordenboek en die voor de ruilverkaveling, over welke ik nog enkele woorden zal zeggen. Kadaster en ruilverkaveling zijn nauw met elkaar verbonden. En toch is hier ook een grote tegenstelling. Het kadaster beschermt een toestand die geworden is. Het geeft een getrouwe afspiegeling van wat nu is (als het bij is tenminste). Op de wording daarvan oefent het weinig invloed uit. De landmeter is vaak vredestichter genoemd. Zijn takt heeft de strijdenden er dan toe gebracht zich neer te leggen bij een toestand zoals deze voorheen was overeen gekomen en nu door middel van de administratie van het kadaster weer gerealiseerd kan worden. Naar mijn gevoel ligt aan deze functie, ondanks de grote activiteit die men bij dit werk kan ont wikkelen, een principiële passiviteit ten grondslag. Dit geldt natuurlijk niet voor de studie van de ontwikkeling der verschillende kadasters en evenmin voor het ontwerpen van een meetkundige grondslag voor een kadastrale opmeting. Men vindt een overeenkomstige tegenstelling op het gebied der wetenschap. Het nauwkeurig bepalen van de vorm der aarde is eigenlijk een kadastrering. De vraag te stellen, hoe deze vorm geworden is en welke ontwikkeling nog is te verwachten, is in wezen wat anders. Het is een zich met dit ontwikkelingsproces vereenzelvigen, het is dus creatief. Bij de ruilverkaveling werkt de landmeter mee aan de tot standkoming van een nieuwe toestand. Hier is dus van een nog wezenlijker creativiteit sprake dan bij de wetenschap. De nieuwe toestand is niet iets wat uit zich zelf groeit, maar mede door toe doen van de landmeter gecreëerd wordt. En daar we nu eenmaal leven in een dynamische tijd, een tijd waarin de mens nieuwe waarden schept, veelal tot heil, ook nog al eens tot onheil van zijn mens-zijn, kunnen we het niet laten aan dit creatieve werk mee te doen. Het is dan ook tekenend dat de permanente com-

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1962 | | pagina 47