95
De rubriek 528 valt uiteen in drie groepen: 528.1/5 is de eigenlijke
geodesie, 528.7 is de fotogrammetrie, 528.9 de cartografie. De
eigenlijke geodesie valt weer in aparte delen uiteen: 528.1 is waar-
nemingsrekening, 528.2 de hogere geodesie. Rubriek 528.3 is meer
wat in het Duits „Landesvermessung" heet, tegenover 528.4:
„Feld- und Landmessung". Aan instrumenten is 528.5 gewijd. In
528.9 horen alleen publikaties op cartografisch gebied thuis.
Kaarten zelf (en atlassen) vallen onder de Aardrijkskunde (9).
De bijzondere hulpgetallen bij U.D.C.-528. Nieuw voor de rubriek
is de invoering van twee stellen bijzondere hulpgetallen. Deze
ontbraken in 526 geheel. Allereerst geef ik een opsomming van de
punt-nul-getallen die vooraan in de rubriek staan. Het zijn
.02 Geodetische meetmethoden (zie ook: 528.083 niet-geode-
tische meetmethoden).
.021 Afstandmeting.
.021.4 Optische en trigonometrische methoden van afstandmeting.
.022 Hoek- en richtingsmeting.
.024 Hoogtemeting (zie ook: 528.37 Nauwkeurigheids water
passing en 528.422 Waterpassing van lagere orde).
.026 Gravimetrie.
.029 Frequenties en golflengten van elektromagnetische trillingen.
.03 Hulpmetingen (o.a. Centrering).
.06 Be- en verwerking van metingsresultaten (o.a. correcties
aan metingen).
.063 Landmeetkundige berekeningen.
.063.1 Coördinatenberekeningen. Coördinatentransformaties.
.063.3 Grootteberekening.
.08 Algemene theoretische grondslagen van metingen en van
de constructie van instrumenten.
.083 Niet-geodetische meetmethoden.
Deze getallen mogen dus door de gehele rubriek 528 worden toege
past.
Bij 528.5 (Instrumenten) vindt men een reeks streep-hulpgetallen
die parallel loopt aan een dergelijke reeks bij 621 (Werktuigbouw
kunde). Zij is reeds eerder ter sprake gebracht. Het zijn: Algemene
kenmerken en onderdelen van werktuigen. Vele daarvan zullen
uit de aard der zaak ook ter kenmerking van geodetische instru
menten (werktuigen) bruikbaar blijken. Hieronder volgt een ver
kort overzicht:
181 Indeling van de instrumenten naar hun grootte.
182 Indeling van de instrumenten naar hun verplaatsings
mogelijkheid.
183 Indeling van de instrumenten naar hun gewicht.
187 Indeling van de instrumenten naar hun nauwkeurigheid.
2 Onderdelen van instrumenten (Bijv. 219.34 driepoten).
5 Regeling van instrumenten.
7 Bediening en bescherming van instrumenten (Bijv. 758
Kastjes en stolpen ter opberging).