x83 De Register-Ingenieur Stichting Ing.-Register Met medewerking van de Minister van Onderwijs, Kunsten en Weten schappen is opgericht de Stichting Ing.-Register, vermeld in de Nederlandse Staatscourant van 14 januari 1957. Deze Stichting voor de niet-academisch gevormde ingenieurs wordt in stand gehouden door: het Koninklijk Instituut van Ingenieurs en het Nederlands Instituut van Register-Ingenieurs en Afgestudeerden van Hogere Technische Scholen. Twee groepen van ingenieurs Krachtens de uitspraak van de Ministeriële Commissie, die de regeling van de titulatuur voor niet-academisch gevormde technici heeft voorbereid, zijn er in Nederland twee groepen van ingenieurs, namelijk de afgestudeerden van de Technische Hogescholen, die op grond van hun diploma's vóór hun naam de titel ,,Ir." voeren en degenen, die op grond van een inschrijving in het register van de Stichting de aanduiding ,,Ing." als afkorting voor register- ingenieur achter hun naam vermelden. Het onderscheid tussen beide groepen van ingenieurs bestaat hierin, dat de ,,Ir." zijn titel voert krachtens zijn opleiding aan een der Technische Hogescholen (of Landbouw Hogescholen) in ons land, terwijl de „Ing." na een voldoende technische praktijk van tenminste vijf jaren heeft voldaan aan een examen, dat in niveau overeenkomt met de Associate Membership- examens van de representatieve Engelse ingenieursverenigingen. Studie, critisch inzicht en praktijk-ervaring vormen de basis van de examens Examens, waarvoor de programma's bij de Stichting Ing.-Register ver krijgbaar zijn, zijn ingesteld voor de navolgende vakrichtingen: Algemene Wetenschappen; Bouwkunde; Chemie; Chemische Techniek; Economische Bedrijfstechniek; Elektrotechniek; Fysische Techniek; Landmeetkunde; ScheepsbouwkundeVliegtuigbouwkundeWeg- en Waterbouwkunde; Werktuigbouwkunde. Teneinde aan een examen van de Stichting te kunnen voldoen is bijvoor beeld een opleiding aan een Hogere Technische School (H.T.S.) niet voldoen de; een afgestudeerde van de H.T.S. zal verplicht zijn, zijn theoretische en praktische kennis te verbreden en te verdiepen. Hiertoe dient hij op basis van zijn opleiding zijn studie voort te zetten, zijn vaklitteratuur regelmatig te bestuderen en uit zijn ervaring lering te trekken. De kandidaat register-ingenieur, die reeds in het bezit van het H.T.S.- getuigschrift is, krijgt de gelegenheid zijn kennis en inzicht te tonen door een verhandeling te schrijven over een technisch of technisch-economisch project, onderwerp of probleem dat hij zowel in theoretisch opzicht als aan de hand van zijn ervaring in constructieve of uitvoerende zin diepgaand heeft bestudeerd. De ingediende verhandelingen worden beoordeeld door examencommissies, bestaande uit docenten van de Technische Hogescholen en vooraanstaande figuren uit de kringen van het hoger technisch onderwijs en het bedrijfsleven. Voor de beoordeling van de verhandelingen nemen zij als maatstaf, dat de beschouwing van het onderwerp ook critisch moet zijn en dat de beschrijven de studie suggesties of aanduidingen moet geven voor mogelijke andere oplossingen voor werkmethoden, constructies en dergelijke. Uit de verhandeling moet blijken dat de kandidaat een goede praktische en theoretische kennis bezit en dat hij inzicht heeft in de technische, fysische en andere grondprincipes, waarop het onderwerp van zijn verhandeling berust. Na goedkeuring van de verhandeling wordt de kandidaat door de be- Overgenomen uit „Wegen", 36e Jaargang, Nr. 2.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1962 | | pagina 65