VERSCHILLENDE ONDERWERPEN
Fédération Internationale des Géomètres
Commissie I: Dictionnaire technique
Rapporteur: Ir. F. Harkink, 's-Gravenhage.
Na jarenlange voorbereiding zal het veeltalige woordenboek van
de F.I.G., althans het basisdeel daarvan, nu spoedig gereed komen.
Hier en daar heb ik de mening horen verkondigen, dat Commissie I
van de F.I.G. dan met haar taak gereed is en eventueel met ander
werk kan worden belast. Ik meen, dat deze opvatting geheel en al
onjuist is. Men vergeet blijkbaar, dat een technisch woordenboek
moet worden bijgehouden. Reeds nu is het proces van veroudering
begonnen en dit gaat sneller dan menigeen beseft. Er komen nieuwe
begrippen, methoden en instrumenten op en daarmede nieuwe
termen. De gebruikers van het woordenboek zullen stellig leemten
ontdekken en fouten of onzuivere definities. Zij zullen hun be
vindingen willen deponeren op een zodanige plaats, dat zij kunnen
verwachten, dat er rekening mee gehouden zal worden bij een
tweede druk of bij een te verschijnen supplement. Die plaats kan
moeilijk beter worden gekozen dan bij Commissie I, die van nu af
worde belast met de voorbereiding van de tweede druk en met het
desgewenst geven van adviezen bij de samenstelling van de indices
in andere dan de basistalen.
Het is echter onmogelijk, dat de bestudering van de ingekomen
opmerkingen en voorstellen geschiedt door de gehele Commissie I,
die is samengesteld uit dikwijls wisselende gedelegeerden van vele
landen. Ook het daaruit gevormde uitvoerende comité (Comité
exécutif) is m.i. daarvoor niet het aangewezen orgaan.
Voor de bovengenoemde bestudering vuile men Commissie I aan
met een adviescomité, bestaande uit daartoe uitgenodigde geleerden
(hoogleraren bijv.), voor elke basistaal en elke andere indextaai één.
Deze beschikken over een grondige kennis van het vak, zoals dit
in het eigen land wordt uitgeoefend, maar zullen ook het nodige
begrip hebben voor daarvan in andere landen bestaande afwijkingen.
Voorts beschikken zij over wetenschappelijk personeel, een wel
voorziene bibliotheek en de nodige relaties onder collega's, aan
wie zij op hun beurt adviezen kunnen vragen over onderwerpen
behorende tot onderdelen van het vak (of tot een van de vele
door het woordenboek bestreken randgebieden), waarin zij zichzelf
niet voldoende deskundig achten.
Rapporten, ingediend voor het tiende internationale congres
te Wenen, 1 962
