LANDMEETKUNDE
Ir. G. BAKKER,
Het maken en onderzoeken van randverdelingen
In dit artikel worden de resultaten van het randonderzoek met de
Askania Teilkreisprüfer gegeven, maar hieraan voorafgaande volgen
nog enkele meer algemene opmerkingen over de opzet en de uit
werking van een dergelijk onderzoek.
Bij het analyseren van een aantal waarnemingen van eenzelfde
hoek op verschillende gedeelten van de rand, blijkt dikwijls een
zekere afhankelijkheid te bestaan tussen de waarnemingen en het
gedeelte van de rand waarop deze zijn uitgevoerd. Men ziet dit ook
voor de onderzochte Askania Tu geïllustreerd in de figuren i en 2,
waar in een grafiek de hoekwaarnemingen zijn afgezet tegen de
randaflezing van het linkerbeen.
Een dergelijk geleidelijk verloop als zich hier voordoet, kan
wijzen op een mogelijke spanning in de metalen montuur, die de
verdeling op de glasrand deformeert. De afwijkingen in de ver
deling, die veroorzaakt kunnen worden door onvolkomenheden in de
essentiële onderdelen van de verdeelmachine, zoals de periferie-
schroef, hebben een kleinere periode van enkele graden; zij zouden
met een afzonderlijk onderzoek moeten worden vastgesteld. Bij de
gebruikelijke opzet van een randonderzoek gaat men er echter
a priori van uit dat de afwijkingen in de randstrepen binnen een
dergelijk klein gedeelte van de rand een toevallig karakter hebben.
Men mag ook wel aannemen dat de fabrikant bij het testen van
de rand de meeste aandacht zal besteden aan dit soort afwijkingen,
die hij binnen aanvaardbare toleranties zal houden. Dat er des
ondanks nog wel eens een in dit opzicht slechte rand wordt afge
leverd moge blijken uit de resultaten voor de onderzochte Askania
Tu. Met hetzelfde instrument wordt bovendien geïllustreerd dat
het geen wet van Meden en Perzen is, zoals eigenlijk altijd wordt
aangenomen, dat een grafiek, als hierboven ter sprake kwam, zich
voor een theodoliet met diametrale randaflezing na 200 gr zal gaan
herhalen.
De waarneming van een hoek wordt gevormd uit het verschil van
de randaflezingen voor beide richtingen. Men tracht nu een formule
te vinden voor de afwijkingen R(cp) in de randaflezing cp zodanig,
dat een serie waarnemingen van eenzelfde hoek, na het aanbrengen
van de correcties R(<p) aan de randaflezingen, geen merkbare
afhankelijkheid meer vertoont met de randstand.
wetenschappelijk ambtenaar ie klasse aan de Technische Hogeschool te Delft
x) Het eerste gedeelte van dit artikel is onder dezelfde titel verschenen
op blz. 126 e.v.