249
Op 28 januari 1924 behaalde hij het landmetersdiploma en op
1 maart d.a.v. begon zijn loopbaan als adspirant-landmeter te
's-Hertogenbosch.
Op 1 november 1925 werd hij benoemd tot landmeter, op 1 januari
1948 tot landmeter ie klasse, op 1 juli 1951 tot hoofdlandmeter en
op 1 juli 1955 tot hoofdlandmeter A.
Na 's-Hertogenbosch kreeg hij Maastricht als standplaats op
1 november 1926 en tenslotte kwam hij op 1 juli 1939 in Roermond,
om hier op te treden als hoofd van het bureau.
Zijn liefde voor het vak en de drang tot leiden en organiseren,
reeds zo opvallend tijdens zijn studententijd in Wageningen, dreven
Libois tot een arbeidstempo, dat zelfs voor de sterkste mens niet
vol te houden was.
Op doktersadvies moest hij zich de laatste jaren streng in acht
nemen, maar desondanks bleef hij de harde werker, vasthoudend
aan de eigenschappen van weleer, die hem met glans en glorie op
de kadastrale ladder omhoog brachten.
Klein van postuur, maar groot in kennis en leiderschap, werkte
Libois inspirerend op zijn collega's en ondergeschikten door zijn
werklust, zijn opgewektheid en levenslust, zo kenmerkend voor deze
Limburger in hart en nieren, en ook door zijn belangstelling voor het
wel en wee van allen, met wie hij zowel in als buiten de dienst in
aanraking kwam.
Voor hen, die deze eigenschappen wisten te waarderen en voor
zijn vrouw, zoon en dochters, met wie wij van harte medeleven, is
Karel Libois, zoals zijn vrienden hem noemden, veel te vroeg
heengegaan.
Moge de wetenschap dat hij bij zovele jongeren kennis en geest
verrijkt heeft en wij allen een blijvende herinnering zullen bewaren
aan deze voorbeeldige mens, een troost voor hen zijn.
De overweldigende belangstelling bij de uitvaartdienst en de
teraarde bestelling, waarbij gesproken werd door de Ingenieur-
Verificateur Wolters en door Libois' eerste leermeester en chef
de heer Heines, was wel het bewijs van de grote waardering, die de
overledene zowel buiten als binnen kadastrale kringen genoot.
Hij ruste in vrede.
Namens collega's en vrienden,
J. G. Martel
