2Ó5 ontvalt aan de suggestie deze zaken door een landelijk rijksorgaan te laten verzorgen? Wat zijn heel in het kort de bestaansredenen van het huidige kadaster? Belastingheffing (gebaseerd op geschatte op brengst) en rechtszekerheid bij het transport van onroerend goed door particulieren. Juist wat beide punten betreft is het kadaster dus ingesteld op particuliere eigendommen en niet op de bezittingen van de overheid. En wat zijn nu de argumenten van de inleider om ondanks het beperkter uitgangspunt naar een rijkszorg en een wettelijke lande lijke regeling te streven? 1. Ondergronds overheidsbezit vertegenwoordigt een belangrijk kapitaal. Administratie daarvan is nodig, dat zij toegegeven. Is dat ingestoken kapitaal echter op zichzelf een voldoende argument om een wettelijke registratieplicht in te voeren met een zwaar landelijk apparaat Spreker meent dat de conclusie, dat er een economische verspilling bestaat omdat de zaak niet voldoende in kaart is gebracht, te ver gaat! Hij laat hierbij nog buiten beschouwing of het niet mogelijk zou zijn overheidslichamen langs andere weg te verplichten tot registratie dan door middel van een wet. 2. Tweede argument van inleider is de belangrijke schade, aan gebracht door particulieren. Zou dat door een leidingenkadaster worden voorkomen? In de aansprakelijkheid voor de schade ver andert in ieder geval geheel niets, vergeleken met de huidige toe stand. Ook thans is de veroorzaker van schade aan leidingen in overheidsgrond (en dat is toch het merendeel) aansprakelijk. 3. Derde argument: Er is een grote chaos aan wettelijke voor schriften op dit gebied en juridische onzekerheid. Is dat wel juist Spreker meent, dat de Belemmeringen wet Privaatrecht voor alle werken door de overheid verricht (algemeen belang) wel voldoende uitkomst biedt. Men creëert immers een bijzonder zakelijk recht, dat ook wordt aangetekend in de kadastrale legger (letters B.P., niet in gemeentelijke registers). De preadviseur stelt verder, dat de streek- en provinciale bedrijven in rechteloze positie zouden verkeren. Is dat wel juist Elektriciteitsbedrijven werken toch met het voren bedoeld zakelijk recht als kabels in particuliere grond worden gelegd 4. Verder zegt inleider: in de legesverordeningen is nog onvol doende uniformiteit". Hiermede zullen vermoedelijk „recognitie gelden" zijn bedoeld; dit is toch zonder meer bij het verlenen van de vergunningen te regelen. Spreker onderschrijft de door inleider gebezigde argumenten om tot een algemeen landelijk regelorgaan te komen dus niet. Wel erkent hij graag dat administratie van ondergrondse leidingen wenselijk is. Overwogen zal daarbij steeds moeten worden of het verantwoord is daaraan veel kosten te besteden. Samenwerking tussen gemeenten lijkt spreker niet bij voorbaat uitgesloten. Samen werking met rijksdienst is ook patent (moederkaarten enz.) Van

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1962 | | pagina 11