terrein van de fotogrammetrie. Van Hongaarse zijde had men zich bijzonder actief getoond. Behalve het nationale rapport waren voor commissie III een zevental rapporten ingediend (totaal bijna 300 bladzijden) over sterk uiteenlopende onderwerpen: triangulatie, veelhoeksmeting, tachymetrie, waamemingsrekening, hoekmeting, refractie-invloeden bij waterpassing, terwijl ook een rapport over de stand der industrie van landmeetkundige instrumenten niet ontbrak. In commissie III werd de wenselijkheid naar voren gebracht in de naaste toekomst meer aandacht te besteden aan de landmeet kunde voor civiel-technische doeleinden. Hoewel de voorzitter zijn medewerkers had gevraagd deze keer in het bijzonder aandacht te besteden aan de mijnmeetkunde, bleek voor dit onderwerp niet veel belangstelling te bestaan. Verschillende rapporteurs hadden het belangrijk hogerop gezocht. Zo bijv. de heer Killian in zijn bijdrage tot de stertriangulatie. Om nog even tot het binnenste der aarde terug te keren zij vermeld, dat op voorstel van de heer Taton (Frankrijk), welk voorstel door commissie III is overgenomen, door de F.I.G. gelukwenstelegrammen werden gezonden aan beide ondernemingen die er kortgeleden in slaagden de Mont Blanc te doorboren. Menende dat het beter is dat niet steeds dezelfde persoon voor zitter van een bepaalde commissie blijft, heeft Prof. Hunger zijn zetel ter beschikking gesteld. Besloten is, dat hij zal worden op gevolgd door Prof. Draheim (Karlsruhe). Daar de meeste commissies gelijktijdig vergaderden was het mij niet mogelijk enige indruk te krijgen van hetgeen in de overige commissies en sub-commissies is behandeld. Wellicht is het mogelijk dit t.z.t. te lezen uit de rapporten van hen die met subsidie van de S.O.L.C. het congres bijwoonden. In elk geval kan een volledig verslag worden verwacht in de Compte Rendu. Het „Office International du Cadastre et du Régime foncier" maakte zijn debuut onder Nederlandse leiding met de bespreking van zijn eerste publikatie. Deze behandelde in de eerste plaats de activiteiten van het „Office" over de periode 1958-1962, terwijl bovendien een studie was opgenomen over „Quelques aspects con- cernant le droit de propriété et les droits réels a des biens immeubles dans quelques pays de 1'Europe Occidentale, et le mode de cession en propriété de ces biens". De keurig verzorgde publikatie zal op een ieder een gunstige indruk hebben gemaakt. Jammer was dat de vergadering van het O.I.C.R.F. was uitgeschreven op een ogen blik dat er nog enige andere interessante zaken waren te beleven. Het was echter niet de slotzitting van commissie III die voor de geringe belangstelling voor de vergadering van het „Office" aan sprakelijk kon worden gesteld. Deze leed aan hetzelfde euvel. De grote concurrent was de Spanische Hofreitschule, die het merendeel der congressisten op dat uur wegzoog. Gelet op haar taak kwam het de leiding van het O.I.C.R.F. wenselijk voor dat zij voortaan ver- 330

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1962 | | pagina 76