393
VERSCHILLENDE ONDERWERPEN
Litteratuuroverzicht
N. D. Haasbroek, Stereo Nomograms. 32 pag., formaat
19,3 X 27,5 cm. Uitgave van de Rijkscommissie voor Geodesie.
De heer Haasbroek publiceerde in de loop der jaren al heel
wat op het gebied van de nomografie en kan als zodanig terecht
als een specialist worden aangemerkt. Het zou daarom haast
overbodig zijn bovengenoemd werk te bespreken, ware het niet
dat de auteur daarmee een geheel nieuw terrein heeft betreden.
Hoewel bekende auteurs als Soreau, Lacmann en Sutor zich
voor jaren reeds met het drie-dimensionele nomogram hebben
bezig gehouden, bleef het bij hen in hoofdzaak bij het aangeven
van de mogelijkheden tot het vervaardigen van een ruimtelijk
nomogram. Sutor beschreef ook een praktische werkwijze om tot
aflezing in een ruimtelijk nomogram te geraken. Deze werkwijze
kon Haasbroek echter niet bevredigen. Hij zegt daarover:.these
readings led to unsatisfactory results because it must be deemed
impossible to bring the real reading plane through the scale points of
the three independent variables and to read at the same time and
with the same attitude of the head the place, where the scale of
the dependent variable intersects the reading plane."
Haasbroek vond na enig zoeken een methode waarbij niet
meer van een afleesvlak wordt gebruik gemaakt, maar van twee
paar afleeslijnen, die in rode en blauwe kleur op dun doorschijnend
materiaal zijn aangebracht. Deze worden zodanig op het ruimtelijk
nomogram gelegd, dat ze, wanneer ze door een anaglyfenbril
worden bekeken, een plastisch beeld te zien geven van de twee
elkaar snijdende diagonalen van de vierhoek die door de bij elkaar
behorende schaalpunten betreffende de vier variabelen wordt
gevormd.
Beschreven wordt de vervaardiging van nomogrammen voor de
volgende formules met vier variabelen:
6,3662 e sin
8
2. tg a (cotg b cotg c) tg d cotg b 1 =0;
3. 806,4 (c 3) U(i8-9 b 378 c 30° tg d
1039,5) a_02 37.8 b 218,4 c 40 tg d 466,2)
1920 o;
4. abcd (0,05 d 1) ab ac bc) 10 o;
5. abcd 3 (a b c d) 40 0.