133 De C.H.A. zal het op prijs stellen als sectie b tot de C.H.A. zou toetreden. De kadasterlandmeter die per se geen lid van de C.H.A. wenst te zijn, kan geen lid van de nieuwe vereniging zijn. Maar dat geldt momenteel voor K. en L. ook. Elk K. en L.-lid is automatisch lid van de C.H.A. Daar komt nog bij dat, indien men iets voor 29 jaar wil vastleggen, het gewenst is een termino logie te gebruiken die zo algemeen mogelijk is, vandaar de formulering: erkende vakorganisaties. Ir. J. Wolthuis, sprekende namens de Afdeling Groningen-Friesland- Drenthe, deelt mede, dat deze afdeling de voorstellen aanvaardt, echter met het voorbehoud dat bij de nieuwe structuur de band met de Nederlandse Vereniging voor Fotogrammetrie niet nog losser wordt. Spreker is zeer ingenomen met de brief van deze vereniging, welke zojuist is voorgelezen. Hij meent dat deze vereniging inderdaad uit ideële overwegingen lid van de N.L.F. is gebleven; ondanks het feit dat deze vereniging zich eigenlijk apart voelt, hetgeen blijkt uit het houden van een eigen congres, de uitgave van een eigen tijdschrift en de eigen internationale contacten. Spreker is zeer verheugd over de gebleken bereidheid om ook in de toekomst met de nieuwe vereniging samen te werken. De voorzitter antwoordt dat het bestuur van de Ned. Ver. voor Foto grammetrie zich in principe bereid verklaarde tot nader overleg, als het ging over de verticale binding. De moeilijkheid is echter: wie moet er aan dat gesprek deelnemen en van wie moet het initiatief uitgaan. De nieuwe ver eniging van geodetische ingenieurs bestaat immers nog niet. De voorzitter vraagt of de Afdeling Groningen-Friesland-Drenthe gevoelt voor de verticale binding, aangezien dit niet duidelijk blijkt uit de binnengekomen brief. Ir. J. Wolthuis antwoordt bevestigend. De heer E. Muller, sprekende namens de Afdeling Amsterdam, deelt mede, dat deze afdeling de bestuursvoorstellen steunt. Deze afdeling is van mening dat het Tijdschrift en de Bibliotheek aan de nieuwe vereniging moeten worden overgedragen. Betreffende het internationale contact is de afdeling van mening, dat contact op academisch niveau de voorkeur ver dient. Ir. H. L. van Gent betoogt dat bij reconstructie het nieuwe beter moet zijn dan het oude. Thans is er zoveel overeenkomst, dat men bijna kan stellen dat alles geheel gelijk blijft. Het is naar zijn mening de vraag of de onderwerpelijke voorstellen reële zin hebben. Hij is niet overtuigd van de noodzaak tot reconstructie. De voorzitter vraagt of de heer Van Gent de fusie, dan wel de verticale binding bedoelt. Ir. Van Gent bedoelt alleen de fusie. De voorzitter meent dat het zinvol is alle geodetische ingenieurs te ver zamelen in één vereniging, waarin men gezamenlijk over de ontwikkeling van het vak kan praten. Het contact tussen de leden en het bestuur zal zeker intensiever zijn dan nu het geval is. Men zal meer kunnen doen, ook maat schappelijk. Het zal eenvoudiger zijn de Delftse studenten, de komende collega's, op te vangen. Het bestuur zal meer bevoegdheden hebben dan een federatiebestuur. Een opbloei van het verenigingsleven is zeker te verwach ten. Dit alles geldt in sterkere mate voor de Vereniging van CL's en GI's. Isolering van de kadasterlandmeters is niet meer acceptabel. Natuurlijk zijn de activiteiten van het nieuwe bestuur mede bepalend voor de nieuwe ver eniging. Dit bestuur zal bijvoorbeeld de huidige luistervergaderingen kunnen ombouwen tot discussiegroepen, met als basis de vooraf in te dienen rappor ten. Het nieuwe bestuur zal de zelfwerkzaamheid moeten bevorderen. Het initiatief tot fusie is niet van K. en L. uitgegaan, maar K. en L. zal er wel van zien te maken wat er van te maken is. Ook is na een fusie, via een uit breiding van de N.L.F., een betere aansluiting mogelijk bij de maatschappe lijke omstandigheden. Ir. H. L. van Gent, in tweede instantie, meent dat alle genoemde punten ook binnen N.L.F.-verband kunnen worden verwezenlijkt. De statuten van de N.L.F. kunnen worden aangepast. Het instellen van werkgroepen is binnen de N.L.F. mogelijk. De N.L.F. heeft ze zelfs gekend. Spreker ziet niet

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1963 | | pagina 67