342 2. De Coördinatograaf In zijn rechtsgeldig kadaster wilde Boer de grenzen vastleggen met behulp van coördinaten. Hij voerde hier de volgende argu menten voor aan: de afbakening der eigendomsgrenzen is vaak onvolledig en aan verandering onderhevig; aan de nauwkeurigheid van een kaart zijn tengevolge van de schaal en de werking van het papier zekere grenzen gesteld, terwijl het veldwerk op den duur door veranderingen in de terreinstoestand en door verstoring der vaste punten zijn waarde verliest. Bij een algemene toepassing van coördinaten zouden alle bezwaren ondervangen zijn. Teneinde met behulp van deze coördinaten kaarten aan te leggen ontwierp Boer een instrument, waarmee ,,de nauwkeurige af lezing der coördinaats-afstanden van een op het plan gegeven punt" beoogd werd. Coradi heeft dit ontwerp, wat de hoofd gedachte betreft, gevolgd bij de constructie van zijn coördinato graaf. Aan het principe van dit instrument is sedertdien weinig veranderd (52). 3. De Wet op het Notarisambt Sannes, ontvanger der Registratie en Domeinen, had in opdracht van de regering in 1883 een nieuwe Wet op het Notarisambt ont worpen. Bij een rechtsgeldig kadaster zouden volgens Boer aan de juistheid van de kadastrale aanduiding in de akte zwaardere eisen worden gesteld; hij ontwierp daarom een gewijzigde redactie voor het desbetreffende artikel. De notaris zou dan wettelijk verplicht worden tot het noemen van de juiste kadastrale kenmerken en wel volgens de kaart. Hij zou niet kunnen volstaan met raadpleging van de legger om te weten wat de verkoper op naam heeft en wil verkopen. Hij zou de bedoeling van partijen aan de hand van de kadastrale kaart moeten omschrijven. Voor deze omschrijving zou hij zich ook niet kunnen beroepen op opgaven van kadastrale nummers door partijen. Geheel consequent was Boer hier niet, want in zijn conceptie van een rechtsgeldig kadaster gaf de kaart slechts een voorstelling van de grenzen, terwijl de meetgetallen en coördinaten bepalend zouden zijn voor de juiste ligging van de grenzen. Rectificatie van een foutieve kadastrale aanduiding moest volgens Boer zonder medewerking van partijen kunnen geschieden, want het zou onjuist zijn een vergissing in een mededeling, waarvoor alleen de notaris verantwoordelijk is, te laten verbeteren door een verklaring van de niet verantwoordelijke partijen (53). Notaris Coolen stelde in 1891 voor om ,,eene aansprakelijk stelling (in te voeren) van de ambtenaren ten wier overstaan de betrekkelijke akten verleden worden voor de fouten welke in de omschrijving der goederen worden begaan". Het Nederlands Landbouw Comité wilde in 1900 de notaris de verplichting op leggen zich er steeds van te overtuigen in hoeverre de begrenzing

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1963 | | pagina 24