344 duidelijking illustreerde hij dit door de nauwkeurigheid voor te stellen als ,,eene onzijdige strook gronds" ter weerszijden van de grens. Bij „vernieuwde" triangulatie zou deze strook kunnen worden „vernauwd". Binnen deze strook zouden de kadastrale gegevens geen absolute rechtskracht hebben (58) De Duitse Anweisung IX was het lichtend voorbeeld voor coör- dinatenberekeningen. Omdat men in ons land toen nog geen be rekeningsformulieren had, kocht Boer ze particulier in Duitsland o.a. ten behoeve van de hermeting van Lauwerecht. Hier bracht hij de theorie inclusief de grafische vereffening en de polygoon meting, die nog geen algemene ingang had gevonden in de praktijk. In de latere jaargangen van het Tijdschrift voor K. en L. liet Boer het schrijven van artikelen over de landmeetkundige techniek aan anderen over. Dat zijn ideeën dezelfde bleven blijkt uit de wijze, waarop later onder zijn leiding de proef Dieren is uitgevoerd. 5. Her met ing In het begin van Boer's optreden stond de hermeting volop in de belangstelling. Meermalen werd de wenselijkheid daartoe door de Minister van Financiën uitgesproken en in daden omgezet. In 1885 moesten nog 261 gemeenten geheel of gedeeltelijk worden hermeten, in 1887 nog 235 en 1888 nog ruim 200 (59). Boer hermat met behulp van jonge landmeters Lauwerecht, Abstede, Tolsteeg (delen van de stad Utrecht) en Vreeswijk. Binnen een raam van polygoonzijden of meetlijnen voerde hij de detailmeting uit. Soms werden de maten als het ware op elkaar gestapeld. Het veldwerk vermeldt meestal niet de aard van de aangemeten afscheidingen en andere objecten. Op verspringingen en nissen in muren werd zoals bij latere metingen en grens- uitzettingen gebleken is geen acht geslagen. Constructief steken Boer's metingen gunstig af bij die van andere landmeters uit zijn tijd. Ook hij koos echter bij een nieuwe meting op een reeds eerder gemeten perceel nieuwe meetlijnen, vermoedelijk als gevolg van het niet meenemen van oud veldwerk naar het terrein. Boer hechtte weinig waarde aan zijn hermetingen; bij ver nieuwing volgens de bestaande juridische grondslagen ver kreeg men „bescheiden van twijfelachtige waarde, waarop de stempel der halfheid is gedrukt en die bovendien aan spoedige depreciatie blootstaan". Hermeten betekende in die tijd voor namelijk het opmeten van de zichtbare scheidingen, veelal zonder delimitatie. Een vermeend bezwaar tegen Boer's ideeën was, dat de contradictoire delimitatie of tweezijdige aanwijzing van de grenzen door de eigenaren aanleiding zou geven tot het oprakelen van allerlei burenruzies en grensgeschillen. De ervaringen, opgedaan bij de hermetingen van Lauwerecht, Vreeswijk en Bergen op Zoom, toonden echter het tegendeel aan (60).

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1963 | | pagina 26