Nederlands Genootschap voor Landmeetkunde 430 de vertegenwoordiging in de S.O.L.C., het lidmaatschap van de F.I.G., zullen besluiten moeten worden genomen. Over de regionale bijeenkomsten laat de voorzitter zich niet optimistisch uit. Hij wijst op de enquete van de Vereniging van Civiel landmeters en Geodetisch ingenieurs, over de instelling van werkgroepen, die hoopvolle perspectieven biedt. Deze enquete zal binnenkort worden uitgebreid tot alle leden van de N.L.F. Het jaarverslag van de secretaris en het financieel verslag van de penning meester worden zonder op- of aanmerkingen, onder dankzegging aan beide functionarissen, goedgekeurd. De penningmeester wordt op voorstel van de kascommissie, bestaande uit de heren Ir. P. A. Roos en Ir. A. J. Kers, van zijn beleid gedechargeerd. De voorzitter dankt de commissieleden voor het verrichte werk. Als leden van de nieuwe kascommissie worden benoemd: Ir. A. J. Kers en Ir. C. Zeillemaker. De begroting voor 1963 wordt onge wijzigd goedgekeurd. De voorzitter, die aan de beurt van aftreden is, wordt bij acclamatie herkozen. De voorzitter dankt de vergadering voor het in hem gestelde vertrouwen en deelt mede nog één jaar zijn functie te willen bekleden. Ook de zittende redactie van het Tijdschrift, de heren Prof. ir. G. J. Bruins, Mr. ir. C. G. van Huls en Ir. H. L. van Gent, worden bij acclamatie herkozen. De voorzitter dankt ook hen voor het belangrijke werk dat zij verrichtten. Hierna komt de voorzitter tot punt 8 van de agenda, een punt dat niet ieder jaar op de agenda staat. Hij acht het een voorrecht de oorkonde en de daarbij behorende beloning dit jaar te mogen uitreiken. De keuze is gevallen op Ir. H. L. Rogge, die met zijn samenstelling van het Register" op het Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde en aanverwante periodieken over de jaren 1935-1960 een zeer groot stuk werk heeft verzet en daarmee de dank van de gehele landmeetkundige wereld heeft verdiend. De vergadering onderstreept de uitreiking met een sterk applaus. Ir. Rogge dankt daarna voor de onderscheiding en is zeer erkentelijk voor de erkenning. Daar er bij de rondvraag geen punten aan de orde worden gesteld sluit de voorzitter te ca. 10.30 de huishoudelijke vergadering. De secretaris van de N.L.F., Ir. I. P. Toussaint Tweede congres Indirecte afstandmeting Na het zo geslaagde begin enkele jaren geleden in Delft, werd op 18 en 19 oktober j.l. in Arnhem het tweede N.G.L.-congres gehouden. Ook nu kunnen de organisatoren tevreden zijn; meer dan 500 deelnemers volgden met aandacht de voordrachten en maakten van de gelegenheid gebruik zich op de tijdens het congres georganiseerde tentoonstelling te laten voorlichten over de getoonde instrumenten en hulpmiddelen. In zijn openingswoord begroette de voorzitter, de heer J. Rietveldt, Ing., naast de sprekers van deze bijeenkomst nog een aantal gasten van het N.G.L., waarvan hier mogen worden genoemd de officiële vertegenwoordigers van de N.L.F., de Vereniging voor Kadaster en Landmeetkunde, de Ver eniging van Civiel Landmeters en Geodetisch Ingenieurs en de Nederlandse Vereniging voor Fotogrammetrie. Het thema van dit Congres was de indirecte afstandmeting. Als eerste voerde hierover Prof. A. Kruidhof het woord; hij gaf in zijn inleiding een historisch overzicht van de ontwikkeling der indirecte afstandmeting, beginnend in het oude Egypte en eindigend bij de moderne elektronische afstandmeters. Duidelijk kwam hierbij het streven naar voren zowel nauw-

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1963 | | pagina 52