VERSCHILLENDE
ONDERWERPEN
Congres van de Nederlandse Landmeetkundige
Federatie
Ons land op weg naar het jaar 2000
Mr. J. Vink wijst eerst op de lijn van de voordrachten van dit
congres, namelijk nationaal-regionaal-lokaal-facet-uitvoeringsplan,
dus afdalend van groot naar klein, opklimmend van het globale
naar het concrete, van de sfeer van het denken naar de sfeer van
het doen.
Men verwacht van de spreker een beeld over ons land en wel een
beeld over ons land in het perspectief van het jaar 2000. Hij vraagt
zich af of Nederland nog wel een „land" is en indien dat nog het
geval is, of dit Nederland dan nog een „land" zal blijven. In Euro
pees verband gezien is Nederland thans reeds een „streek" of
misschien beter: een onderdeel van een Europees „metropolitaan"
gebied.
In elk geval zal de weg naar het jaar 2000 een steeds duidelijker
aftekening worden van onze Europese functie, een weg naar een
steeds sterker relatie met de ontwikkeling van Europa. Spreker zal
geen beeld trachten te schetsen van Nederland in het jaar 2000;
dit acht hij nauwelijks mogelijk door de bijzonder dynamische tijd
waarin wij leven en door het feit dat wij in een vrije maatschappij
leven en wij hopen dat te blijven doen. De ontwikkeling kan hier
door dus niet van overheidswege worden gedicteerd en moet daar
door een gezonde economische grondslag hebben.
Daarbij komt dat het gaat om de menselijke samenleving en
daarin gaat het weer om de mens. Wat zal de mens bijvoorbeeld
van de samenleving vragen in het jaar 2000?
Onzekerheden zijn inherent aan alle ruimtelijke planning, door de
eeuwen heen. Toch zijn ze nu wel bijzonder klemmend. Spreker
wijst in dit verband op het overrompelende tempo van de verande
ringen op wel haast alle terreinen. Hij wijst op de enorme „schaal
vergroting" die we beleven en op de moderne technische en tech
nologische mogelijkheden en al datgene wat nog van de toekom
stige techniek is te verwachten.
Bij alle onzekerheden staat het vast, dat wij ons in Nederland
zullen moeten blijven bezighouden met:
a. de veiligheid ten opzichte van de zee, dus met kustversterking
en kustverkorting
op 3 en 4 oktober 1963 te Rotterdam
Samenvatting van de voordracht van Mr. J. Vink, directeur van de Rijks
dienst voor het Nationale Plan.
