7 hoger beroep tegen de streekplannen in de oude wet vervalt dus, maar kan via een omweg toch blijven plaatsvinden, nl. voor wat betreft de gemeente door in beroep te gaan tegen de door Gede puteerde Staten gegeven aanwijzingen. Onder de nieuwe wetgeving zal het streekplan dus geen bestemmingsplan zijn voor een bepaald onderdeel van een provincie, maar als programma de hoofdlijnen aangeven van de toekomstige ontwikkeling van het daarin begrepen gebied. Hierna behandelt Ir. Tjalma de inhoud van het streekplan. Hij memoreert dat hierbij twee zaken op de voorgrond staan, nl. dat in de streekplannen het beleid van de provincies op het terrein van de ruimtelijke ordening wordt neergelegd, en dat een streekplan een reserveringsplan t.b.v. bepaalde doeleinden is en een program ma voor te verrichten werkzaamheden. Het vormt echter geen uitvoeringsplan. Na het voorgaande gaat spreker aan de hand van een kaart van Rotterdam en omgeving nader in op de te verwachten ontwikkeling in de omgeving van Rotterdam. Teneinde de ruimtelijke ordening van dit gebied in goede banen te leiden zijn door de Provinciale Staten van Zuid-Holland een aantal streekplannen vastgesteld, nl. Westland (in 1961), IJsselmonde (1962), Voorne-Putten-Rozen burg (1963) en Krimpenerwaard (1963), terwijl het streekplan Rechter Maasoever in 1964 aan de beurt komt. Het doel van het streekplan Voorne-Putten-Rozenburg beoogt een zodanige ruimtelijke ontwikkeling, dat enerzijds aan de behoefte van de industrie, in het bijzonder de zeehavenindustrie, wordt tegemoet gekomen, doch dat anderzijds de bewoonbaarheid en de belangen van recreatie en landbouw niet in het gedrang komen en waar mogelijk zelfs worden gediend. Spreker geeft aan dat dit doel is nagestreefd door een welover wogen situering van de woongebieden die als gevolg van de indus triële ontwikkeling nodig zijn, als ook van de open agrarische ruim ten, de gebieden met zgn. onbeperkte agrarische bestemming en de recreatiegebieden. Bij dit laatste is er rekening mee gehouden, dat zeer veel bewoners van de Waterwegagglomeratie op Voorne- Putten recreatie zullen moeten vinden. Hierna gaat spreker nader in op de vele behoeften en problemen in dit gebied als de behoefte aan zeehaventerreinen en terreinen voor industrieën, de situering van de nieuwe woongebieden, de land en tuinbouw, het verkeer te land en te water, de oeververbindingen en de recreatie. Alles tezamen kan worden gesteld dat er objectief naar is gestreefd om tot een aanvaardbare oplossing te komen. Stad of agglomeratie Het vraagstuk van de ruimtelijke ordening in ons land kan men Samenvatting van de voordracht met lichtbeelden van Ir. Th. J. W. Lanter- mans, chef van de afdeling Structuurplannen en Voorbereiding van de Dienst Stadsontwikkeling te Rotterdam.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1964 | | pagina 9