68
bureau of als toegevoegde landmeter meer leidinggevende werk
zaamheden zijn gaan verrichten of met specialistische taken werden
belast. Daarmede is ook voor deze groep ingenieurs de noodzaak
gegroeid over een elementaire kennis van de in dit artikel genoemde
maatschappijwetenschappen te beschikken.
In het verleden werd steeds aangenomen dat dit zich kon beperken
tot enige juridische en administratieve kennis van de rechten met
betrekking tot de grond (zie i).
De tegenwoordige geodetisch ingenieur ziet zich echter evenals
zijn collega's van de andere studierichtingen in stijgende mate
geconfronteerd met een deel van het uitvoerende personeelsbeleid
en met een dienovereenkomstige opdracht tot bevordering van de
goede menselijke verhoudingen in het bedrijf. De chef (op ieder
niveau) is drager van het sociale beleid tegenover zijn mensen,
formuleert Ydo 1). Deze sociale opdracht strekt zich ook uit tot
de psychologie betreffende de omgang met het publiek.
De oude landmeters van het kadaster beoefenden deze sociale
contacten uitsluitend intuïtief. Zij genoten in hun meetdistrict
vaak hetzelfde aanzien als de notarissen, namelijk dat van een
ambtelijke vertrouwensman. De moderne geodetisch ingenieur zal
echter elementair psychologisch en sociologisch geschoold moeten
zijn om zijn taak bij grote projecten als ruilverkavelingen, tunnel
bouw etc. te kunnen integreren in het geheel der niet-technische
werkzaamheden
4.2 Nieuwe probleemstellingen van de geodetisch
ingenieur
De verzakelijking in de verhoudingen met het publiek, welke de
huidige maatschappij kenmerkt, brengt voor de geodetisch inge
nieurs nieuwe probleemstellingen mede. Ook opleidingsvraagstukken
en beoordelingstechnieken eisen thans in sterkere mate dan voor
heen de aandacht op van de geodetisch ingenieurs.
Ingevolge het „Bevoegdhedenbesluit N.O." (28) zijn aan de
geodetisch ingenieur tal van bevoegdheden toegekend voor het
onderwijs in landmeetkundige en exacte vakken. Dit heeft er toe
geleid dat meer dan voorheen geodetisch ingenieurs in een volledige
of gedeeltelijke functie werkzaam zijn bij het hoger technisch of
middelbaar onderwijs. Bovendien zijn bij vrijwel alle landmeet
kundige diensten tegenwoordig geodetische studenten (ook buiten
landse) en vele H.T.S.-praktikanten werkzaam. Dit brengt een
bezinning op vraagstukken van pedagogische en psychologische
aard mede.
De in 1963 gehouden voordrachten en demonstraties op de
studiedag van de N.L.F. bij de Koninklijke Nederlandsche Heide
maatschappij in Arnhem en de door de Handelsvereniging Hagen
belegde studiedag in Rotterdam hebben getuigd dat de automati
sering voor de poorten van de landmeetkundige wereld staat.
Men dient er op bedacht te zijn dat deze belangrijke technische