83
Bij deze opstelling van gegevens is er van uitgegaan, dat het
bereiken van een volledige dwarswegbezetting (2 1) samenvalt
met het bereiken van de limiet 5 o. Indien zulks niet gebeurt
(hetgeen in de praktijk aangenomen moet worden), dan wordt D
altijd kleiner. Voor S o wordt k kleiner, terwijl S o betekent
dat er geen volledige dwarswegbezetting gehaald kan worden wegens
gebrek aan kleine kavels. M.a.w. de referentiekavel is dan te klein.
Doch ook voor het geval dat S o en z 1 gelijktijdig worden
bereikt, is het theoretische maximum niet haalbaar, daar de groep
kleine kavels van 0 0,25 G niet voldoet aan de formule
d X
o,75 G
doch belangrijk kleiner is, zodat ook uit dezen hoofde het dwars-
wegbenuttingspercentage kleiner is dan volgens de formule berekend.
De factor a\ 1 is als volgt te benaderen. De kavels die
een gemiddelde grootte hebben van R zullen liggen tussen de grenzen
R x en R -\- x. Wil men de grootste kavel niet groter dan twee
maal de kleinste hebben, dan is X 2, dus x
R x 3
De kavels kleiner dan 0,67 R zullen dan als kopeindkavels moeten
worden geprojecteerd.
Een andere benadering: Stelt men de grootst toelaatbare lengte
breedte verhouding op bijv. 5 (in plaats van gemiddeld 3), dan is de
kleinste kavel, die nog in de groep van R mee kan, gelijk aan 0,60 R.
Het lijkt mij redelijk T aan te nemen in de orde van grootte van
0,60 a 0,67 Rgemakshalve: T 0,64 R.
Dan wordt a1 1 0,8 0,2.
0 75 G i>
De factor «2 n n *s Pra-ktijk goed te berekenen.
G gemiddelde eigendom per kadastraal artikel;
j> lengte-breedte verhouding van de kavel (gewoonlijk aange
nomen op 3)
P percentage kleine kavels van 0,25 G G\ deze statistische
grootheid was berekend op 0,4;
Ov gemiddelde oppervlakte van de vakken met boerenkavels.
Zodra een ontwerp wegenplan gereed is, kan dus Ov worden
berekend. De kleine vakken (voor huis- en tuinkavels) met
in totaal ongeveer 8% van de ruilverkavelingsoppervlakte
blijven voor deze berekening buiten beschouwing.
Het is zonder meer duidelijk dat de vakken Ov groter moeten zijn
naarmate er grotere boerenkavels zullen optreden; ruwweg naar
mate G groter is. De grootste D wordt bereikt als a\ 2 «2 1.
Voor «i 0,2 moet dan «2 0,4 zijn.
1 v P