i8i
breiding tot de ruimte van het probleem, dat Lo-Ho op zo fraaie
wijze in het platte vlak heeft opgelost.
Onze conrector heeft in zijn voortreffelijke diesrede van dit jaar
f23] zijn wetenschap vergeleken met een muze, die hem moeilijke
maar ook vele vreugdevolle ogenblikken bezorgt. Aan het waarde
vaste pensioen dat zij hem in uitzicht stelde ben ik nu toe. Ik
hoop dat mijn muze mij zal blijven inspireren om haar op mijn
wijze te dienen in de vrije tijd, die ik nu wat meer denk te krijgen.
Misschien ook inspireert zij een enkeling onder U. Het is het ten
volle waard aan haar roepstem gehoor te geven.
Litteratuur
[1] Een afbeelding vindt men in het Tijdschrift voor Kadaster en Land
meetkunde, jaargang 1924, blz. 141.
[2] Zie bijv. R. Soreau Nomographie ou traité des abaques, tome premier;
Paris 1921, blz. 17.
[3] F. A. Hoefer: Geschiedenis der openbare tijdaanwijzing (1887), blz. 5.
[4] R. Swierstra Bezonning en beschaduwing van gebouwen en terreinen
Haarlem 1954, blz. 92.
[5] Een afbeelding ervan vindt men in Dr. J. van der Bilt: De astrono
mische hemelverschijnselen; Zutphen 1933, blz. 101. Wonderlijk genoeg
wordt deze zonnewijzer niet genoemd in het werkje P. Terpstra:
Zonnewijzers; Groningen 1953.
[6] Daar het in tijd uitgedrukte lengteverschil tussen Greenwich en Rijswijk
17 minuten is, gaat in Rijswijk, afgezien van de tijdvereffening, de zon
om I2u-|-iu—oui7m i2u43m midden-europese tijd door het zuiden.
[7] F. Cajori: History of the logarithmic slide rule (1909).
[8] Zie bijv. ook R. Soreau [2], tome premier, blz. 429 en H. J. van Veen:
Inleiding tot de nomographie; Groningen 1937, blz. 151.
[9] M. d'Ocagne Procédé nouveau de calcul graphique (Annales des Ponts
et Chaussées, 1884).
[10] Hetzelfde voorbeeld heb ik gegeven in de Bouwkundige Winkler Prins;
zie het artikel Detailmeting op blz. 330 van deel I.
[11] R. Soreau, [2], tome premier, blz. 14 en 15.
[12] J. Clark: Théorie générale des abaques d'alignement de tout ordre
(Revue de mécanique, jg. 1907, blz. 321, 576 en jg. 1908, blz. 238, 451).
Zie ook N. D. Haasbroek: Puntennomogrammen op derdegraads-
krommen (Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde, jg. 1955,
blz. 293-305).
[13] Lo-Ho: Construction of alignment nomograms from empirical data
(Journal of the Franklin institute, volume 245, no. 3, maart 1948, blz.
227 e.v.). Voor een korte beschrijving van de werkwijze van Lo-Ho
zie het litteratuuroverzicht in het Tijdschrift voor Kadaster en Land
meetkunde, jg. 1949, blz. 97.
[14] N. D. Haasbroek: Nomografie; Amsterdam 1949, blz. 175.
[15] M. d'Ocagne: Calcul graphique et nomographie; Paris 1924, blz. 22.
[16] A. Gabel: Nomographische Lösung von Kurs- und Rentabilitatsauf-
gaben; Amsterdam 1935, blz. 23 e.v.
[17] M. W. Pentkowski: Nomographie; Berlin 1953, blz. 16.
[18] B. A. Newski: Praktikum der Nomogramm Konstruktionen; Berlin
1955. blz. 74.
[19] N. D. Haasbroek: Investigation of the accuracy of readings on align
ment nomograms; Delft 1959.
[20] Zie bijv. R. Soreau, [2], tome premier, blz. 345. Het hier behandelde
zeer speciale type van ruimtelijke nomogrammen dient om de theorie