In dit patroon zijn voor de aansluitingspunten de aflezingen: inplaats van: 25,3 +25 19,4 20 8,5 - 9 10,9 12 De nog resterende kleine verschillen, van maximaal 1,1 cm en absoluut gemiddeld 0,4 cm, zou men door een tweede iteratie nog kunnen reduceren. Gezien de overige onnauwkeurigheden, uaarop in paragraaf 8 werd gewezen, heeft dit geen zin. Het probleem is dus nu opgelostin het patroon fig. 7 kan men voor elk willekeurig punt binnen het gebied van de aansluitings punten de correctie d.w.z. de verschuiving in x- of y-richting aflezen. 12. Nog enkele opmerkingen over de keuze van het vierkanten- net: de dichtheid daarvan en de positie ten opzichte van de aanslui tingspunten. Uit enkele proeven op beperkte schaal is gebleken dat na een zekere minimum dichtheid ongeveer vier secties tussen naburige aansluitingspunten, zoals in fig. 3 een verdere verdichting, dus verkleining van de vierkanten, weinig invloed heeft op het emd- 224 ii,o 11,0 +11- Fig S Gewijzigde positie vierkonten-net_ Absolute verschuivingen

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1964 | | pagina 14