A. J. v. d. W.
234
een handboek verwacht men dat het over de belangrijkste theore
tische en praktische problemen van het vak zoveel informatie ver
schaft, dat de lezer die in dit geval niet onder de leken behoeft
te worden gerekend voldoende wordt ingelicht om zijn verkregen
kennis te kunnen toepassen. Ook in dit opzicht zal hij dan echter in
vele gevallen teleurgesteld worden. Door de veelheid van onder
werpen die worden aangeroerd, is het de schrijver blijkbaar niet
mogelijk geweest om binnen een redelijke omvang van zijn werk
de onderwerpen hiervoor voldoend diepgaand te behandelen. Men
kan hem daar nauwelijks een verwijt van maken, doch het verklaart
wellicht voldoende waarom ik dit werk als handboek niet bijzonder
geschikt acht.
Wat is dan wel de reden dat dit boek zoveel kopers gevonden
heeft Naar mijn mening bestaan hiervoor op zijn minst twee
verklaringen.
In de eerste plaats bestaat er geen ander boek over fotogramme-
trie dat op zo harmonische wijze „alle" facetten van het vak be
handelt en zo evenwichtig, kort maar doeltreffend de huidige stand
van onze kennis op dit gebied weergeeft. Men kan weliswaar met
de schrijver van mening verschillen over details in zijn keuze van
wat wel en niet voor behandeling in aanmerking behoort te komen,
doch zonder voorbehoud moet worden erkend dat deze keuze in
grote trekken een voortreffelijke is geweest. Wie met het gebodene
geen genoegen wil nemen en zich in een bepaald onderwerp verder
wil verdiepen wordt daarin gesteund door een systematisch geor
dende litteratuuropgave, die hem voor zijn voortgezet onderzoek
een eind op weg zal helpen, en die tevens als een soort wegwijzer
kan dienen in de veelheid van artikelen die gedurende de laatste
jaren zijn verschenen. De inhoud van het boek, tezamen met deze
litteratuuropgave, zijn een bijzonder waardevolle bron voor elk
die zich op de hoogte wil stellen van de huidige stand van de ont
wikkeling van het vak, doch zich niet de tijd kan of wil gunnen om
hiervoor een veelheid van tijdschriften door te nemen.
Er is echter nog een tweede en waarschijnlijk aanzienlijk grotere
categorie van lezers waarvoor een boek als dit een zeer nuttige aan
winst van hun documentatie zal betekenen. Hierbij heb ik het oog
op al diegenen die door hun werk regelmatig met fotogramme-
trische problemen in aanraking komen, zonder zelf dit vak te be
oefenen of, zo dit al het geval is, dit toch maar voor een gedeelte
doen. De leken op fotogrammetrisch gebied zullen in dit boek ruim
voldoende informatie vinden om op vruchtbare wijze met foto-
grammeters te kunnen discussieren, voor de fotogrammeters zelf
geldt dit eveneens voor die facetten van het vak, waarin zij zelf geen
specialist zijn. Het aantal dergenen die op deze wijze van Schwi-
defsky's boek profijt kunnen hebben is nog steeds groeiende en
hen zij dit werk dan ook ten zeerste aanbevolen.