n 80), waar de damp van de ijskap het richten met een theodoliet over een verre afstand vrijwel onmogelijk maakt (zie [3]). 2ÓI Litteratuur [1] Jordan-Eggert: Handbuch der Vermessungskunde (Band II./i. 1931). [2] W. von Hofmann: Die freie Diagonalen-Viereckskette mit direkt ge- messenen Strecken (Z.f.V. nr. 9/1958). [3] W. von Hofmann Lagemessungen bei der Internationalen Glaziologi- schen Grönland-Expedition (EGIG) 1959 (Z.f.V. nr. 7/1958). [4] K. Linkwitz: Fehlertheorie und Ausgleichung von Streckennetzen nach der Theorie elastischer Systeme (D.G.K. Reihe C, Heft nr. 46/1961). [5] B. Steiner: Ubertragungseigenschaften gleichseitiger Dreiecksketten mit Richtungs- und Langenmessungen (D.G.K. Reihe C, Heft nr. 50/ 1962).

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1964 | | pagina 11