-Q* 255 Voor de ketting TL2 (rechthoeken met lengte-breedteverhouding 2: 1) krijgt men: Qxx 0,818 n 0,017 Qyy 2,670 n3 3,03 w2 Qxy w2 1,05 n Qaa 8,08 n 6,04. 0,36 n 0,47 (2b) De resultaten van (2b) zijn praktisch gelijk aan de uitkomsten van Linkwitz [4]. Uit mxy o volgt, dat de hoofdassen van de standaardellips niet samenvallen met de x, y-richting (fig. 2). Fig. 2 De hoek 0 tussen de y-as en de y'-as kan men berekenen uit: 2 Qxy tg 20 '.yy~ Door substitutie van (2a) en (2b) in deze formule krijgt men bij benadering voor de TL\ voor de TL9: tg 20 tg 20 n2 1,5 n 0,8 0,67 nz 2 n2 2,67 n3 n Hieruit volgt dat naarmate de ketting meer zijden heeft, de hoek 0 kleiner wordt. Bij de ketting TL\ krijgt men voor n 10 bij voorbeeld 0 4 gr, hetgeen betekent dat mx en my berekend uit (2) praktisch gelijk zijn aan de halve hoofdassen. Volledigheidshalve kan men nog de standaardafwijkingen van de laatste zijde berekenen:

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1964 | | pagina 5