Nederlandse Landmeetkundige Federatie
49. Deutscher Geodatentag
Het jaarlijkse congres van de Duitse landmeters, dat van 1 tot
5 september 1964 in Hamburg is gehouden, stond deze keer in het
teken van „Technik und Umwelt".
De opening werd verricht door de voorzitter van de D.V.W.,
320
Beknopt verslag van de hoofdbestuursvergadering gehouden op
2 oktober 1964 te Utrecht.
Afwezig met kennisgeving zijn Ir. M. J. te Nuyl en W. L. Lievaart.
Het verslag van de vergadering van 19 maart 1964 wordt ongewijzigd
goedgekeurd.
Van de Vereniging van Hoofdambtenaren van het Kadaster is bericht
ontvangen dat deze vereniging met ingang van 1 september 1964 is opgeheven.
Ir. W. A. Wiltink heeft bedankt als lid van de examencommissie in
verband met de aanvaarding van een nieuwe functie. In zijn plaats is op
voorstel van de examencommissie Ir. L. P. Roelfsema benoemd.
Het programma van de „Cartografendag" wordt vastgesteld; in verband
met enkele organisatorische moeilijkheden vindt uitstel tot 11 december
plaats. Deze manifestatie wordt gehouden in het Laboratorium voor Land
meetkunde te Wageningen. De vakbeurs kan wegens gebrek aan belang
stelling niet doorgaan.
Betreffende de werkgroep c.q. commissie „Wijziging Ruilverkavelmgswet
1954" wordt medegedeeld dat deze commissie thans bestaat uit Prof. mr.
P. de Haan, Mr. J. C. Somer, Mr. N. M. Zijp, Ir. A. Covers, Ir. G. Homan
en Prof. ir. G. F. Witt (als voorzitter).
Aan de Studiekring voor Cultuurtechniek is nog verzocht om aanwijzing
van twee cultuurtechnische ingenieurs.
De heren Ir. E. R. Bosman, J. P. I. M. van der Meer, Ir. P. A. Roos,
Ir. W. Sonnenberg en Ir. M. Tienstra zullen een subsidie van 500.
ontvangen voor het bezoeken van het congres van de S.I.P. te Lissabom
De voorzitter brengt verslag uit van de vergadering van het Comité
Permanent te Sofia.
Het hoofdbestuur besluit niet deel te nemen aan de F.I.G.-tentoonstelling
te Rome.
In verband met de herindeling van de F.I.G. commissies worden de ver
schillende rapporteurschappen nog eens nagelopen. De rapporteurs zijn thans
Commissie II: Prof. ir. G. J. Bruins,
commissie III: Ir. F. Harkink en Ir. H. L. Rogge,
commissie IV: Prof. ir. G. F. Witt en Ir. A. H. van der Most,
commissie VIr. G. A. van Wely en Ir. H. L. van Gent,
commissies VII, VIII en IX: Ir. P. J. Bakker.
Voor commissie I is er nog geen rapporteur aangewezen, terwijl voor
commissie VI, een afscheiding van de voormalige commissie III, als rappor
teurs voor het congres te Rome nog zullen optreden Ir. G. A. van Wely en
Ir. H. L. van Gent.
De behandeling van het door de commissie „Werkgroepen post-academiale
cursussen" uitgebrachte rapport wordt in verband met de vergevorderde
tijd uitgesteld tot de volgende hoofdbestuursvergadering.
De stichtingsakte voor de stichting „N.L.F.-examens" zal nog dit jaar
gepasseerd worden.
De secretaris van de Nederlandse
Landmeetkundige Federatie,
Ir. I. P. Toussaint