44
Vooral bij de kaartering van de zeegebieden van onze buurlanden
België en Duitsland was het bekend zijn van de uitkomsten van de
Europese vereffening een groot voordeel, evenals bij het berekenen
maar vooral het kaarteren van de hyperbolennetten op de zee
kaarten ten behoeve van de elektronische navigatiemiddelen.
Met de mogelijkheid van nauwkeurige plaatsbepaling tot op
honderden kilometers buiten zicht van land begon ook de mogelijk
heid van nauwkeurig oceanografisch onderzoek. Zoals reeds eerder
gesteld, begon na 1945 een aanzienlijk grotere belangstelling voor
de oceanen baan te breken en dit heeft geresulteerd in een zeer
sterk geïntensifeerd oceanografisch onderzoek op alle deelgebieden.
Ten einde de opgelopen achterstand in het oceanografisch onderzoek
zo snel mogelijk in te lopen, bestaat er thans een streven om de
hydrografische en de oceanografische capaciteit van Nederland te
combineren, een verschijnsel dat in alle maritieme staten kan
worden waargenomen. Een dergelijke combinatie kan slechts met
vrucht worden gebruikt wanneer er een nauwe samenwerking
bestaat tussen de hydrografische dienst en de wetenschappelijke
instellingen en instituten die zich met de verschillende deelgebieden
van het oceanografische onderzoek bezighouden. Deze samen
werking kan in eerste instantie worden geëffectueerd door het ter
beschikking stellen van de schepen van de hydrografische diensten
als plat-form voor het verrichten van oceanografische waarnemin
gen, daarbij de hydrografische eisen volledig in acht nemende.
In dit stadium bevinden wij ons op dit moment in Nederland.
In Engeland en Amerika is men reeds verder voortgeschreden.
Mag ik u thans ter afronding van het eerste gedeelte van mijn
betoog nog iets vertellen over de typische problemen van de
hydrografische opneming. Uit het voorgaande is u wel duidelijk
geworden dat het bepalen van de X- en Y-coördinaten op zee,
zij het dan op een voor u iets ongebruikelijke wijze, zeer wel moge
lijk is. Het telkenmale vinden van de Z-coördinaat die bij een
bepaalde combinatie van X en Y behoort is een geheel andere zaak.
Het tot de bodem afvieren van een verdeelde lijn met aan het
uiteinde een stuk lood is een eeuwenoude en beproefde methode
tot het vinden van de waterdiepte. Wanneer de evangelist Lucas
in de Handelingen der Apostelen mededeelt dat Paulus bij het
naderen van Malta het lood liet zakken en de diepte twintig vadem
en iets verder vijftien vadem bleek te zijn, dan zult u beamen dat
deze methode inderdaad zeer oud is. Misschien zal het u verbazen
te horen dat deze zelfde methode, nog volkomen onveranderd, tot
het jaar 1938 heeft gediend voor het maken van zeekaarten. Vlak
voor de tweede wereldoorlog schakelden alle hydrografische diensten
over op de eerste betrouwbare echoloden. De oude loodlijn had
namelijk twee grote nadelen. Ten eerste kon, bij varende loding
sloep, de loder het lood slechts eens in de ongeveer 30 seconden
werpen, afhankelijk van de waterdiepte, zodat de onderlinge
tussenruimte tussen de dieptebepalingen vaak meer dan 100 meter