59 bedoeld, aangezien zij uitsluitend gebaseerd is op gunstige eigen schappen. In dit verband is dikwijls de vraag gesteld waarom dan andere fabrikanten hun systemen ook niet baseren op dezelfde beginselen. Het antwoord daarop is, naar mijn mening, dat de grote voordelen wel degelijk worden ingezien, doch dat de Decca Co. de eerste is geweest die haar systemen op deze combinatie van beginselen baseerde en haar apparatuur, inclusief de later ingevoerde verbeteringen, uiteraard heeft gepatenteerd. Deze patenten kunnen weliswaar worden omzeild, doch alleen ten koste van meer inge wikkelde en daardoor duurdere en moeilijker verkoopbare uitvoe ringen. Het uitspreken van deze voorkeur wil vanzelfsprekend niet zeggen dat het gebruik van andere systemen onder bepaalde om standigheden en voor bepaalde projecten niet tot voldoend nauw keurige resultaten zou kunnen leiden. Alle radio-plaatsbepalings-systemen zijn kostbaar in aanschaffing en vereisen bediening van of periodiek toezicht op de zenders door gespecialiseerde radiotechnici, doch de prijzen van systemen welke vergelijkbare mogelijkheden, maximum bereik en nauwkeurigheid bieden, lopen slechts weinig uiteen. Voor alle systemen geldt dat de bediening van de ontvangers zeer eenvoudig is en met weinig training kan geschieden door niet radiotechnisch geschoold personeel. 9. Nauwkeurigheid Evenals in de geodesie, dient bij het gebruik van alle vormen van radioplaatsbepaling rekening gehouden te worden met de invloed van toevallige en systematische fouten. Bij deskundig'gebruik van precisie-systemen van het fazeverschil- tvpe, werkende op een golflengte van ongeveer 150 meter, mag aangenomen worden dat de totale instrumentele fouten van toe vallig karakter met een waarschijnlijkheid van 68% binnen de grens van 3,6° kunnen worden gehouden, hetgeen bij hyperbolische systemen overeenkomt met ca. 3/4 meter op de basislijnen en bij afstandsystemen op een zelfde getal in afstand. De instrumentele gehouden worden. Op de kortere golflengten bijv. bij Hydrodist moet met slechts weinig kleinere fouten rekening gehouden worden. Praktijkgetallen voor het impuls-systeem Shoran zijn ca. 2 m en een slechts weinig kleinere maat als systematische fout. Voor Hiran zijn deze getallen ongeveer de helft kleiner en hetzelfde geldt voor de Alpine radar. Bij E.P.I. zijn beide van de orde van 20 meter. De bovengenoemde getallen geven een indruk van de instrumenteel bereikbare nauwkeurigheid. Voor kaarteringstoepassingen worden, evenals in de geodesie, als regel standaardafwijkingen (68% waarschijnlijkheid) als maat-

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1965 | | pagina 61