staf voor de nauwkeurigheid gebruikt. Om veiligheidsredenen wordt het begrip nauwkeurigheid bij de navigatie meestal gebaseerd °P 95% en 'n enkele gevallen op 99,9% waarschijnlijkheid. Vele op dit terrein bestaande publikaties moeten met bijzondere voorzich tigheid worden beschouwd, omdat de systematische fouten dikwijls buiten beschouwing gelaten zijn of stilzwijgend als van toevallig karakter worden beschouwd. Voor hyperbolische systemen neemt het in meters in het terrein uitgedrukte effect van toevallige en systematische fouten toe met de afstand tot de basislijnen. De onzekerheid in de plaatsbepaling wordt daardoor mede bepaald door de spreiding van de hyperbolen en van hun onderlinge snijdingshoek, welke laatste uiteraard ook medebepalend is in circulaire systemen. In beide gevallen komt het er op neer dat men meestal te maken heeft met soms lang gerekte standaardellipsen, hetgeen het onmogelijk maakt de nauwkeurigheid in één enkel getal uit te drukken. Een belangrijk verschil met de geodesie is dat radio-plaats- bepaling meestal gevraagd wordt van een bewegend object, zodat deze gebaseerd moet worden op één enkele waarneming. Een groot aantal foutenbronnen van over een korte of langere periode toe vallig karakter moet daarom voor dit doel als systematische fouten beschouwd worden. Hun grootte is dikwijls moeilijk te bepalen aangezien zij voor een belangrijk gedeelte veroorzaakt worden door anomalieën in de propagatie en de instrumentele fouten aanzienlijk kunnen overtreffen. Slechts in die gevallen waar nauwkeurige controle op de radio plaatsbepaling mogelijk is m.b.v. onafhankelijke andere methoden, kan het effect van deze systematische fouten worden bepaald en als correcties op de waarnemingen worden toegepast. De princi piële mogelijkheid daartoe is beperkt tot een smalle zone langs de kust en deze controles hebben alleen praktische waarde als dit soort fouten in voldoende mate invariabel is met de tijd. Het zal dus duidelijk zijn dat al het mogelijke gedaan moet worden om op grond van een juist inzicht in de vele fysische fouten bronnen de zenders zodanig op te stellen, dat ongunstige propagatie- wegen zo veel mogelijk worden vermeden. Een in de geodesie niet in gelijke mate optredend probleem is, dat gebleken is dat het nog al eens voorkomt dat de opdrachtgevers tot een m.b.v. radio uit te voeren kaartering slechts een vaag begrip hebben van de werkelijke betekenis van het begrip nauw keurigheid, waarvan toegegeven moet worden dat het inderdaad niet in enkele eenvoudige bewoordingen omschreven kan worden. Daardoor worden soms onpraktische en onrealistische eisen gesteld, zoals bijv. 1 meter nauwkeurigheid voor een kaartering op schaal 1 25 000. Bij nader onderzoek blijkt dan dikwijls dat voor het beoogde doel geen wezenlijke behoefte bestaat aan hoge absolute nauwkeurigheid 6o

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1965 | | pagina 62