246
worden vervangen door de kadastrale aanduiding, die na de over
schrijving door de Rijksdienst van het Kadaster zal worden gegeven.
Op deze wijze wordt het rechtsverkeer niet belemmerd, terwijl toch
een waarborg is geschapien dat het gedeeltelijke kadastrale perceel
niet langer in de administratie blijft voorkomen dan uit organisa
torisch oogpunt onvermijdelijk is". (Dit laatste is mij niet duidelijk:
welke is deze waarborg
Het zo juist aangehaalde moet vooral worden gelezen in verband
met het bepaalde in artikel 8 letter a van het ontwerp Kadasterwet.
Ik teken aan dat het kadastraal aanduiden van de bedoelde onroe
rende goederen altijd tot een overtollig aantal percelen leidt in de
gevallen, dat de omschreven voorwerpen van rechtshandeling ge
deelten uitmaken van nieuw gevormde zelfstandige voorwerpen van
zakelijk recht. Zo bijv. bij de ruiling van strookjes grond, bij de aan
kopen van een halve muur met ondergrond e.d.
Dit aantal percelen zal soms zeer groot zijn, zoals bij de aanko
pen voor de aanleg of verbreding van wegen of voor de normalisatie
van waterlopen. Ik kom hierop terug bij de bespreking van genoemd
artikel 8a.
Afdoening van akteposten
In zake de tijdruimte welke uiterlijk dient te liggen tussen de
overschrijving van een akte waarbij een gedeeltelijk perceel wordt
overgedragen, en de meting en toepassing van deze zgn. aktepost
in de kadastrale stukken, heeft de Commissie criteria aangelegd die
verschillend zijn voor akteposten die als enige post, en voor akte-
posten die met één of meer andere posten op een bepaald perceel
betrekking hebben. Hier rijst de vraag welke gegevens gediend
hebben voor het vaststellen van de in het verslag genoemde criteria.
In zeer veel gevallen zal de dienst n.m.m. in de onmogelijkheid
komen te verkeren de genoemde tijdruimten aan te houden, doordat
de naar aanleiding van akteposten kadastraal in te delen objecten,
wegens het nog niet gereed zijn van werken die de grenzen van de
objecten vormen of bepalen, niet gemeten kunnen worden.
Een tegenwoordige wijze van financiering van de woningbouw
van ,,op tekening" verkochte huizen leidt in vele gevallen tot over
drachten van gedeelten van kadastrale percelen waarbij de juri
dische levering, in verband met een hypotheekverlening op deze
gedeelten, reeds plaats vindt voordat of soms nauwelijks nadat met
de bouw is begonnen. De datum van feitelijke levering ligt dikwijls
vele maanden later dan de juridische.
De te bouwen huizen bepalen in feite de grenzen van de voor
werpen van rechtshandeling, hetgeen ook de stellige bedoeling van
partijen is geweest. Al behoeft met de meting meestal niet te worden
gewacht tot het tijdstip van oplevering (hoewel dit in verband met
de gereedgekomen afscheidingen der objecten soms is aan te bevelen)
toch zal men deze ook niet eerder moeten (kunnen) verrichten dan