3i9 met de huidige praktijk (I.K., art. 571, lid 2). Moet men extracten afgeven van artikelen waarop „gedeeltelijke percelen" geboekt staan (men ziet dit onmiddellijk aan de artikelkaart!), of wil men om andere redenen die grootte tóch weten, dan moet men altijd het Reg. nr. 9 raadplegen. Voor „bijzondere perceelkaarten" om zowel het perceelnummer (dat van het moederperceel dus), als de grootte van het perceelsgedeelte in kwestie te weten te komen, voor „gedeeltelijke perceelkaarten" om achter de grootte van het gedeelte te komen (zie I.K., art. 639). X. De behandeling van de staat nr. 75 in verband met het nieuwe stelsel Aan de staat nr. 75 op zichzelf verandert in het nieuwe systeem voorlopig niets. Wel verandert de toepassing ervan. Eerst worden, net als nu, het Reg. nr. 71a (niet „71" natuurlijk!), het Reg. nr. g, en het Reg. Hyp. nr. 69a bijgewerkt. Voor het Reg. nr. 71a komt als zeer belangrijke boeking daarbijvermelding van deel en num mer van het overschrijvingsregister! In kolom 42 (thans legger- artikel) wordt het artikel behorende bij de nieuwe tenaamstelling (kolom 17), ingevuld. Daarna worden de nieuwe percelen geboekt op de desbetreffende artikelkaarten. Het volgnummer dat aan de perceelvermelding op één der zoeven bedoelde artikelkaarten is toegekend wordt daarna, bij de artikelvermelding in kolom 42 van de staat nr. 75, in kolom 43 van deze staat (volgnummer), over genomen. Vervallen perceelkaarten blijven voorlopig staan. Wel wordt een kenmerking (ook op de artikelkaart (en) van de ver- vreemder^)) aangebracht, in overeenstemming met art. 205 I.K. Daarna gaat de staat nr. 75 naar de Controle-grondbelasting. Na terugontvangst worden de nieuwe perceelkaarten opgemaakt, en de oude (vervallen) gelicht, onder bijwerking van totaalkaarten, en opmaking van de proefstaat. Of nieuwe tenaamstellingskaarten, artikelkaarten en totaal- kaarten moeten worden aangelegd, hangt van de omstandigheden af: nieuwe percelen kunnen op bestaande artikelen geboekt moeten worden. En al bestonden deze niet allang, dan heeft opmaking van bovenbedoelde kaarten al plaats gehad bij de boeking van de post Reg. nr. 9 die tot het ontstaan van de nieuwe percelen heeft geleid. Slechts in het geval de landmeter, op grond van zijn ervaringen met partijen te velde, en zijn voorschriften, een „consorttenaam- stelling" of een „bezittersboeking" e.d. in de staat nr. 75 heeft opgenomen, moeten werkelijk nieuwe tenaamstellingskaarten, enz., worden aangelegd. Ook kan dit door de bewaring moeten geschie den, als, wat meer overeenstemt met de I.K. (zie art. 197), afdoe ning van de onderhavige post Reg. nr. 9 via een staat nr. 73 plaats vindt. Het „doorhalen" van vervallen percelen op een artikelkaart gebeurt in dit geval door verwijzing naar dienstjaar en postnummer uit de staat nr. 75, waarbij de betrokken percelen vervallen zijn.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1965 | | pagina 49