339 Commissie 4 Kadaster en Ruilverkaveling) De commissie vergaderde in de congresperiode van 25 mei tot 5 juni 1965 vijfmaal en wel op 27, 28 en 29 mei. Van Nederlandse zijde werden, behalve door ondergetekende, de ver gaderingen regelmatig bijgewoond door Mr. ir. S. M. Meelker en Mr. ir. J. L. G. Henssen, resp. als president en secretaris van het O.I.C.R.F., de laatste tevens als rapporteur-generaal in zake het kadaster. De eerste vergadering had een wat improvisorisch verloop, enerzijds omdat het niet iedereen duidelijk was geworden dat deze commissie 's morgens zou vergaderen i.p.v. 's middags, zoals het programma aangaf, anderzijds omdat een voorstel van de Italiaanse afgevaardigde Sorbi m.b.t. een studie naar de mogelijkheden van verbetering van landbouwgronden in de landen rond de Middellandse Zee nogal wat spontane reacties uitlokte. Het hier aangesneden probleem, nl. dat van de „jongere" landen, die t.o.v. landen die reeds van de aanvang af deel uitmaken van de F.I.G. op diverse vakgebieden, die onderwerp van bespreking of studie zijn in de F.I.G., enige achterstand hebben, zal uiteraard niet tot Commissie 4 beperkt zijn gebleven. De vraag waarvoor men wordt gesteld is wel dezekunnen bedoelde landen normaal meespelen bij alles wat besproken wordt doch waar zij zelf nog wellicht niet aan toe zijn zonder de voortgang af te remmen, of moeten zij hun eigen problemen eerst in kleiner verband afzonderlijk behandelen. Dit laatste houdt echter het gevaar van discriminatie in zich. De gevonden oplossing is deze, dat hun specifieke problemen een studieonderwerp voor de gehele commissie zullen zijn. Op de volgende vergaderingen behandelde Prof. Tanner (Zwitserland) zijn rapport betreffende de economische maatregelen ter versnelling van de ruilverkavelingsprocedure, Dr. De Leeuw (België) het zijne met betrekking tot de administratieve en juridische middelen en Prof. Gastaldi (Frankrijk) de technische middelen ter verbetering en versnelling van de ruilverkave lingsprocedure. De door hen uitgebrachte rapporten werden ter vergadering rondgedeeld. Discussie hierover vond niet plaats. Tijdens de vierde vergadering bracht de heer Henssen zijn generaal rapport uit m.b.t. de destijds door Dr. Kurandt opgestelde vragenlijst in zake de toepassingsmogelijkheid van het kadaster als basis voor een rechtsgeldige administratie op de grondeigendom. Ook dit rapport werd ter vergadering uitgereikt. Daarna gaf voorzitter Perrin tijdelijk de leiding over aan de president van het O.I.C.R.F., de heer Meelker, die in het kort de werkzaamheden en probleemstelling van het Office gedurende de periode 1962-1965 toelichtte. Doel en taak van het O.I.C.R.F. kunnen in 3 punten worden aangegeven: 1) het verzamelen van documentatiemateriaal betreffende de bestaande kadastrale en juridische administratieve systemen 2) de vergelijkende studie van het onder 1 genoemde materiaal en publikatie van de resultaten van deze studie 3) het geven van inlichtingen en raad met betrekking tot de verschillende bedoelde systemen, hetzij voor studiedoeleinden, hetzij ten behoeve van mogelijke praktische toepassingen of verbeteringen van grondregistratie- sy sternen. Het rapport betreffende de werkzaamheden van het Office en een studie met betrekking tot appartementseigendom konden tijdens deze vergadering worden aangeboden. Tijdens de laatste zitting werd het werkprogramma van Commissie 4 voor de komende driejarige periode opgesteld. Met betrekking tot de ruilverkaveling luidt dit 1) Studie over de mogelijkheden van verbeteringen van landbouwgronden in landen om de Middellandse Zee en andere landen. Rapp.-gen. Sorbi (It.) (in samenwerking met O.I.C.R.F.).

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1965 | | pagina 69